108
20 Mei 1905.
blijken, dat de bergplaats hinder oplevert, dan kunnen nog
zoodanige maatregelen getroffen worden, dat de hinder wordt
weggenomen. Het is toch niet te verwachten, dat de raad, die
eerst zoo'n belangrijk offer bracht om dat beenderenpakhuis
op te ruimen, daar thans eene andere gelegenheid zal brengen,
welke aan de bewoners opnieuw last zal veroorzaken. Spreker
geeft dan ook in overweging met het plan door te gaan.
De heer JACOBY onderschrijft hetgeen door de beide eerste
sprekers in het midden is gebracht. Spreker meent te moeten
opkomen tegen hetgeen door den heer Lijdsman is gezegd,
dat, als later blijken mocht, dat de inrichting stank veroorzaakt,
naar andere middelen kan worden omgezien. Dan is het te
laat. Spreker treedt verder in eenige becijferingen aangaande
de huur, die de brugwachter thans verwoont en wat het op
bergen der materialen van de vischmarkt thans kost, en komt
daarbij tot de conclusie, dat eene uitgaaf van 5000,— a
6000,—, welke deze verbouwing kosten zal, veel te groot is.
De heer VAN MIERLO wil graag aannemen, dat alle moge
lijke moeite is gedaan, om den stank te weren, doch dat neemt
niet weg, dat de bergplaats toch niet geheel reukeloos zal zijn.
Als de deuren opengaan, zal er altijd eenige stank blijven,
die hinderlijk is voor de omwonenden. Spreker zou dan ook
eenige zekerheid willen hebben, om, als er kwade geuren zou
den blijven, de inrichting dadelijk weer op te heffen. De
gemeente heeft reeds zooveel geld uitgegeven, om dat been
derenpakhuis weg te krijgen, dat nu niet opnieuw eene andere
inrichting mag worden gemaakt, welke eveneens hinder ver
oorzaakt.
De heer ROMBOUTS betoogt, dat de kwestie zeer overdreven
wordt voorgesteld. Wanneer de gemeente alles moest oprui
men, wat hinder geeft, dan zou er geen grens te vinden zijn.
De vraag is, of de inrichting schadelijk is voor de gezondheid
ofwel grooten hinder veroorzaakt. Zoo wordt het ook door
de hinderwet opgevat. Bovendien geldt het hier slechts eene
tijdelijke bewaarplaats en enkel voor die visch, welke 's ayonds
niet verkocht kan worden. De visch is behoorlijk in ijs ver
pakt, terwijl de bewaarplaats zoodanig wordt ingericht, dat de
stank in ieder geval tot een minimum zal beperkt blijven. In
de bergplaats wordt een ventilator aangebracht en er is gezorgd
