20 Mei 1905.
Ill
De heer BLOEMARTS meent, dat er wel termen bestaan,
om aan liet verzoek te voldoen. Zooals in het adres terecht
is opgemerkt, is zoodanige wedstrijd hier ter stede nog nooit
gehouden. Bovendien is het eene niet onbelangrijke zaak.
Reeds thans hebben 1300 a 1400 zangers van hunne deelne
ming doen blijken, zoodat het vreemdelingenbezoek in die
dagen inderdaad groot zal zijn. Ook met het oog op bestaande
antecedenten meent spreker, dat er wel termen bestaan om
gunstig op het verzoek te beschikken.
Niemand der leden hierover nog het woord
verlangende, noch eenige bedenking tegen de
inwilliging van het verzoek te kennen gevende,
wordt besloten ten behoeve van bedoelden zang
wedstrijd een lauwerkrans ter waarde van f 100,—
beschikbaar te stellen en dit bedrag te vinden uit
den post voor onvoorziene uitgaven.
11. Schrijven van burgemeester en wethouders alhier, daar
bij, met het oog op de periodieke aftreding op 1 Juni a.s. yan
den heer mr. W. IngenHousz, als lid van het burgerlijk arm
bestuur, en van den heer B. C. van Dongen, als lid van het
bestuur van het oude-mannenhuis, ter voorziening in die
vacaturen aanbevelende
a. voor lid van het burgerlijk armbestuur
de heeren mr. W. IngenHousz, aftredend lid en Cu.
Laurijssen
b. voor lid van het bestuur van het oude-mannenhuis
de heeren B. C. van Dongen, aftredend lid en mr. P. M.
J. E. Bloemarts.
De voorzitter verzoekt den heeren Scheltus en Rom-
bouts als stemopnemers te willen fungeeren.
Wordt overgegaan tot stemming:
a. ter benoeming van een lid van het burgerlijk armbestuur.
Er worden uitgebracht 19 stemmen, waarvan 17 op den heer
IngenHousz en 1 op den heer Laurijssen, terwijl 1 briefje
blanco was ingeleverd.