10 Juni 1905. 127 De heer VAN MIERLO doet opmerken, dat, waar voorna melijk gewezen wordt op voldoende luchtstrooming, deze even goed bestaat volgens zijn voorstel, want de open ruimte blijft even groot. De heer VAN DAM noemt het een utopie, om te veronder stellen, dat op het achtergedeelte van een erf steeds eene goede luchtstrooming zal aanwezig zijn. Die kan door andere panden belemmerd worden. De heer ROMBOUTS meent, dat men zich van de zaak eene verkeerde voorstelling maakt. De open ruimte vóór elke woning moet ook daarachter worden aangetroffen. De heer VAN MIERLO geeft in overweging de stukken nog een tijd ter lezing te leggen voor de leden. Spreker acht het wel de moeite waard, om ze eens aandachtig in te zien. De heer R JMBOUTS zou het betreuren, wanneer de zaak zou worden uitgesteld ne 1ste Augustus is de fatale termijn, waarop de verordening moet zijn vastgesteld. Spreker zou daarom in overweging willen geven de zaak thans af te doen, te meer, wijl de mogelijkheid niet is uitgesloten, dat de veror dening nog eens met bemerkingen wordt teruggezonden. De heer BLOEMARTS kan zich volkomen vereenigen met hetgeen door den heer Rombouts is gezegd. Spreker wijst erop, dat er feitelijk slechts twee punten zijn, waarover de gevoelens verdeeld zijn. Het eerste punt betreft art. 14, waar over nu reeds geruimen tijd is gediscussieerd, terwijl het tweede punt betrekking heeft op art. 23, en daarover in eene vorige vergadering reeds eene beslissing is gevallen. Wat de overige wijzigingen aangaat, welke door den inspec teur zijn voorgesteld, daarover waren beide comniissiën unaniem van gevoelen, er niet op in te gaan. Spreker geeft dan ook in overweging de behandeling der verordening niet langer uit te stellen. De heer VAN MIERLO wenscht dan, in den geest van de heeren Sassen en Van Dam voor te stellen, de eerste zin snede van art. 14 te doen luiden, dat het verboden is meer te bebouwen dan gedeelte van het erf. De heer SASSEN handhaaft zijn voorstel, de zorg voor eene goede redactie overlatende aan de betrokken commissiën.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1905 | | pagina 127