146 8 Juli 1905. De heer LIJDSMAN deelt volkomen het gevoelen van de heeren Van Dam en Rombouts en wenscht ook daarom de zaak tot eene volgende vergadering aan te houden. De heer SCHELTUS sluit zich aan bij de woorden van den heer Van Dam, erop wijzende, dat de zaak bij burgemeester en wethouders zelfs nog niet een punt van bespreking heeft uitgemaakt. De heer HEIJLAERTS wil in overweging geven, om dan zoo mogelijk in de volgende week eene vergadering te houden in ieder geval voordat de vacantie invalt. De heeren VERSCHRAAGE en SASSEN dringen eveneens aan op spoedige afdoening, voor het geval de zaak thans niet in behandeling kan worden genomen. Zonder verdere bedenking wordt alsnu besloten dit punt tot eene volgende vergadering aan te houden. 15. Adres van F. J. Jansens te Breda, daarbij vergunning verzoekende tot het plaatsen van twee lichtramen in den zij gevel van het perceel aan de Groote Markt 28, en tevens om een bestaand vensterluik in den achtcrbouw van gemeld perceel 2,50 M. lager te mogen plaatsen. De voorzitter stelt voor dit adres te stellen in handen van burgemeester en wethouders om prae-advies. Waartoe besloten wordt. B. Verslagen. 1. Door den heer VAN DAM wordt namens de commissie, belast geweest met het onderzoek der rekening van het oude-mannenhuis over 1904, gerapporteerd, dat zij die rekening heeft nagezien en in orde bevonden, weshalve zij voorstelt haar goed te keuren. De voorzitter dankt de commissie en inzonderheid haren rapporteur voor het gehouden onderzoek en uitgebracht verslag en stelt voor, overeenkomstig de conclusie daarvan, de onder- werpelijke rekening goed te keuren. Zonder bedenking wordt hiertoe besloten, bedra gende gemelde rekening in ontvang f 11231,93^ en in uitgaaf f 9266,83o, sluitende alzoo met een batig slot van f 1965,10.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1905 | | pagina 146