12 Augustus 1905.
167
De voorzitter stelt voor de rekening te doen onderzoeken
door eene commissie van drie leden en verzoekt den raad tot
de benoeming dier commissieleden te willen overgaan.
Hiertoe besloten zijnde en nadat de raad zijn ver
langen heeft te kennen gegeven, dat de v o o r z i tt e r
die commissieleden zal aanwijzen, worden door hem
als zoodanig benoemd de heeren Bloemarts, Lijds-
man en Sassen.
5. Schrijven van burgemeester en wethouders alhier, d.d.
4 Augustus 1905, no. 1219, daarbij, met het oog op art. 19 §lö
der wet tot heffing eener belasting op bedrijfs- en andere in
komsten, verzoekende een lid en een plaatsvervangend lid te
willen benoemen in de commissie van aanslag, ten gevolge
van de periodieke aftreding op 1 Januari a.s. van de heeren
J. P. A. J. Rosu, als lid, en Jos. van Pelt, als plaatsvervan
gend lid.
De voorzitter stelt voor tot de benoeming over te gaan,
hetgeen bij ééne stemming kan geschieden in dien zin, dat dan
de eerstaangewezene als lid en de tweede als plaatsvervangend
lid zal worden aangemerkt.
Er worden ingeleverd 17 stembriefjes, die alle blijken res
pectievelijk de namen te bevatten van de heeren Rosu en
Van Pelt.
Zoodat opnieuw zijn benoemd in de commissie
van aanslag voor de belasting op bedrijfs- en andere
inkomsten in deze gemeente de heer J. P. A. J. Rosu
als lid en de lieer Jos. van Pelt als plaatsvervan
gend lid, en zulks voor den gewonen tijd van zitting.
6. Geloofsbrieven van de bij de periodieke verkiezing op
27 Juni j.l. en de daarop gevolgde stemmingen en herstem
mingen op 11 en 25 Juli j.l. herkozen raadsleden, de heeren
B. C. van Dongen en jhr. mr. A. Reigersman voor district
I, A. J. A. Verschraage en J. J. L. Teychiné voor district
11 en E. H. A. Guljè, J. A. J. W. van Hal en mr. W. Ingen-
Housz voor district 111.
Op voorstel van den voorzitter wordt besloten eene com
missie van drie leden te benoemen tot het onderzoek dier
geloofsbrieven en het doen van verslag, waartoe, op het verlangen