5 September 1905.
197
le. om binnen het janr na de onderteekening der koopakte
op den gekochten grond gebouwen te stichten, waarvan
de gevels aan de straatzijde geene mindere hoogte dan
8 M. boven het trottoir mogen hebben, terwijl niet
dieper mag worden gebouwd dan 15 M., gemeten uit
de rooilijn
2e. om op den gekochten grond geene bierhuizen of inrich
tingen, als bedoeld in de hinderwet, op te richten, met
uitzondering van slachterijen en bakkerijen
dat binnen het jaar na de onderteekening der koopakte van
wege de gemeente een steenen scheidingsmuur zal worden
gebouwd tusschen de verkochte perceelen en het daarachter
gelegen gemeente-terrein
dat de westelijke scheidingsmuur en de oostelijke zijgevel
van de aangrenzende conciërgewoning niet gemeenschappelijk
worden gemaakt en daarin bijgevolg niet mag worden inge-
balkt
dat de koopsom moet worden betaald bij de onderteekening
der koopakte ten kantore en tegen kwitantie van den gemeente
ontvanger
dat, wanneer de koopers of hunne rechtverkrijgenden aan een
der gestelde voorwaarden niet mochten voldoen, zij, na op
hunne kosten in gebreke te zijn gesteld, voor eiken dag ver
zuim eene boete zullen verbeuren van één gulden ten behoeve
der gemeente;
dat de kosten van zegels, leges, registratie, overschrijving
in de openbare registers en alle andere kosten op de over
eenkomst vallende, ten laste zijn der koopers.
17. Prae-advies van burgemeester en wethouders alhier op
het adres van de firma H. A. Huijsers en Co., schroefstoomboot
onderneming alhier, vergunning verzoekende tot het maken
van een houten bergplaats met kantoortje op gemeentegrond
aan de Nieuwe Prinsenkade, welk prae-advies strekt tot
afwijzende beschikking op het gedaan verzoek.
De voorzitter vraagt, of de raad zich met dit voorstel
van burgemeester en wethouders kan vereenigen.
De heer LIJDSMAN zegt, dat hij slechts ten deele met het
voorstel kan medegaan. Het laat zich begrijpen, dat burge
meester en wethouders bezwaar hebben tegen het maken ecner