25 November 1905. 241 ten kan worden voldaan, b.v. door beschikbaarstelling van het zoogenaamde „Hooghuis". De voorzitter zegt, dat burgemeester en wethouders met dit verlangen zullen rekening houden. Waarna besloten wordt overeenkomstig het voor stel des voorzitters. 4. Adres van M. Bakkeren, te Prinsenhage, daarbij ont heffing verzoekende van het bepaalde bij art. 14 der bouwver ordening, met betrekking tot het verbouwen van een houten in een steenen bergplaats op het perceel aan den Nijverheidssingel, kadastraal bekend sectie B, no. 3G67. De voorzitter stelt voor, dit adres te verzenden naar burgemeester en wethouders om prae-advies, gehoord de ge zondheidscommissie voor deze gemeente. Dienovereenkomstig wordt besloten. 5. Proces-verbaal van de op 8 November j.l. gedane kas- opneming bij den gemeente-ontvanger, waaruit blijkt, dat de boeken regelmatig zijn bijgehouden en het onderzoek der re gisters en bescheiden tot geene opmerkingen heeft aanleiding gegeven, terwijl de ontvangsten over 1905 hebben bedragen f 516235,19'» en de uitgaven f 447 800,36'g, zoodat in kas moest zijn de som van f 68 434,83. Ten kantore van den ontvanger is aanwezig bevonden een bedrag van f 31 153,33, welk bedrag met het saldo bij de Amsterdamsche Bank aanwezig, ter beta ling van coupons en uitgelote obligatiën ad f 37 281,50, over eenstemt met het hiervoor genoemde batig saldo. De voorzitter stelt voor, dit proces-verbaal voor kennis geving aan te nemen. Waartoe besloten wordt. 6. Rapport van den heer dr. W. Reinders over het onder zoek van het gas der gemeentelijke gasfabriek, gedurende de maand October j.l., luidende als volgt:

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1905 | | pagina 241