9 December 1905. 271 Zoodat de heer P. van der Linden opnieuw is benoemd tot lid der commissie tot wering van school verzuim in deze gemeente en zulks voor den gewonen tijd van zitting. 10. Prae-advies van burgemeester en wethouders op het adres van C. J. A. van Wees alhier, opnieuw in huur verzoe kende den kelder onder de boterhal. In gemeld prae-advies wordt voorgesteld den kelder niet meer te verhuren, maar als bergplaats voor de gemeente te gebruiken. De voorzitter vraagt, of de raad zich met dit voorstel kan vereenigen. Niemand daartegen eenige bedenking te kennen gevende, wordt dienovereenkomstig besloten en wordt mitsdien afwijzend op het gedaan verzoek beschikt. 11. Prae-advies van burgemeester en wethouders op het adres van mejuffrouw J. Hamel, wonende in den Teteringschen Dijk, verzoekende twee verloren geraakte obligatiën ten laste dezer gemeente, waarvan de couponbladen met talons in haar bezit zijn, door duplicaten te vervangen. In dit prae-advies wordt voorgesteld het verzoek van adres sante toe te staan onder den noodigen waarborg voor de belangen der gemeente. Zonder bedenking wordt dit voorstel goedgekeurd. 12. Nader prae-advies van burgemeester en wethouders al hier op het adres van L. A. Hirdes, vergunning verzoekende de overzijde van de rivier „de Mark", door middel van eene brug, te verbinden met den Marksingel, in welk prae-advies, naar aanleiding van een nader ingekomen schrijven van adres sant, wordt voorgesteld het ontwerp-besluit, in extenso opge nomen in de raadsnotuien van 25 November j.l., aan te vullen met de volgende bepalingen dat de brug voortdurend en ten allen tijde voor het open baar verkeer moet dienstbaar gesteld worden dat zij in goeden staat moet onderhouden worden door en op kosten van verzoeker of zijne rechtverkrijgenden, en dat de gemeente Breda, ten aanzien der brug, tegenover derden noch private noch publiekrechtelijke verplichtingen op zich neemt.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1905 | | pagina 271