9 December 1905.
277
„lentie den minister van waterstaat, handel en nijverheid ge
bonden adres, waarin het voornemen wordt te kennen gegeven,
„om aan den werkkring der maatschappij eene verdere uitbrei
ding te geVen door den aanleg en de exploitatie van twee'
„spoorweglijnen, welke respectief te Gecrtruidenberg en ie Breda
„aan den bestaanden spoorweg aansluiten; onder bijvoeging,
„dat de eerste der bedoelde lijnen zou loopen van Geertrui-
„denberg over het Keizersveer, Dussen, Almkerk, Sleemvijksche-
Veer en Sleeuwijk naar Werkendam met een zijtak van Dussen
„over Meeuwen, Ecthen en Genderen naar Heusden, waardoor
„het land van Heusden en Altena noordwaarts met Gorinchem,
„oostwaarts met Heusden en zuidwaarts met Geertruidenberg
„en de overige aan den Zuider-stoomtramweg gelegen stations
„verbonden wordt; dat de tweede lijn van Breda uitgaande,
„zou dienen om Terheijden, Wagenberg, Hooge en Lage Zwaluwe
„met eerstgenoemde gemeente te verbinden. Voorts wordt in dat
„schrijven aan den minister verzocht, hem te willen mededeelen,
„of Zijne Excellentie bereid zoude zijn aan de Zuiderstoomtram-
„wegmaatschappij voor deze lijnen concessie te verleenen en te
„bevorderen, dat van rijkswege voorde totstandkoming daarvan
„op den gebruikelijken voet geldelijke steun worde toegestaan.
„Het zal wel geen betoog behoeven, dat het voor de nieuwe
„lijnen van zeer groot belang is, in rechtstreeksche verbinding
„te komen met eene bestaande maatschappij. Uit dit oogpunt
„schijnt ons het plan-LoDER de voorkeur te verdienen boven
„hetpIan-VAN Marle; zijnde beide plannen in velerlei opzicht
„aan elkander gelijk, óók hierin dat voor beide plannen steun
„gevraagd wordt.
„Het is ons bekend, dat de heer Van Marle er prijs op zou
„stellen antwoord te ontvangen op zijn voorstel om steun tot
„een bedrag van f 37 £00,— in aandeelen, die eerst voor divi-
„dend-uitkeering in aanmerking komen, wanneer op de overige
„aandeelen 4 °0 dividend zal zijn uitgekeerd.
„Naar aanleiding van het bovenstaande, en bijzonderlijk om
„te bevorderen, dat de concessie in ééne hand kome, hebben
„wij de eer, onder overlegging van alle vroegere betrekkelijke
„stukken, U in overweging te geven, onafhankelijk van het al
„of niet toekennen van subsidie, op het adres van den heer
„Van Marle om concessie afwijzend te beschikken, in afwach
ting van de nadere voorstellen, welke van den heer Loder zullen
„ontvangen worden."
