21 Januari 1905. 27 geneesheeren, adressant wegens algemeene lichaamszwakte niet bestand is tegen de vermoeienissen aan een zwaren politiedienst verbonden dat in het onderhavige geval adressant, wijl hij meer dan 20 en minder dan 30 dienstjaren telt, volgens art. 9 sub b der verordening, aanspraak heeft op J/-ft der wedde of belooning van f 660,— —f396,—. Adressant B. Vernimmen heeft eveneens zijne betrekking aanvaard 14 December 1831 en is ook niet toegetreden tot het weduwen- en weezenfonds, zoodat ook zijne aanvrage be hoort te worden beoordeeld naar de bepalingen der oude pen sioen-verordening. Uit de overgelegde stukken blijkt dat hij den leeftijd van 57 jaren heeft bereikt; dat hij ruim 23 jaren in diensi der gemeente heeft doorge bracht; en dat zijne wedde of be'oohing bedraagt f 630, per jaar; dat volgens de verklaring, afgegeven door de gemeente-ge- neesheeren, adressant lijdende is aan chronische rheuma, waardoor hij niet langer geschikt is om de vermoeienissen aan een zwaren politiedienst verbonden, te kunnen weerstaan dat ook adressant alzoo, wijl hij meer dan 20 en minder dan 30 dienstjaren telt, volgens art. 9 sub b der verordening, aan spraak heeft op der wedde of belooning van f 630,— =f378,— Wij hebben alzoo de eer aan uwen raad voor te stellen Met ingang van 1 Februari 1905 aan j. Klaaijsen, in verband met art. 15 der nieuwe pensioenverordening, waarbij is bepaald, dat de pensioenen in volle guldens worden verleend, een pen sioen van f417, 's jaars, en met ingang van i Januari 1905 aan A. R. van Eekelen een pensioen van f 396, en aan B. Vernimmen een pensioen van f378, 's jaars toe te kennen. De adressen met bijlagen zijn weder hierbij gevoegd. De voorzitter vraagt, of de raad zich met deze voor stellen kan vereenigen. Niemand der leden daartegen eenige bedenking te kennen gevende, wordt dienovereenkomstig be sloten. 20. Prae-advies van de commissie van bestuur van het pen sioenfonds voor gemeente-ambtenaren en hunne weduwen en weezen alhier op de adressen van de heeren F. F. X. Cerutt

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1905 | | pagina 27