298 9 December 1905. De voorzitter bepleit de wenschelijkheid van het maken van een verhoogd voetpad op den Haagweg in verband met de afwatering van dien weg. De heer VAN MIERLO zegt, dat, volgens het geprojecteerde plan, de stoomtram door het verhoogde voetpad zal moeten rijden. Spreker acht dit niet gewenscht en vraagt, of het voetpad niet met eene coupure kan behandeld worden. De voorzitter antwoordt hierop, dat dit punt later kan be handeld worden, wanneer het bestek en de teekening aan den raad ter goedkeuring wordt aangeboden. Zonder verdere bedenking wordt alsnu in prin cipe aangenomen het maken van een verhoogd voetpad op den Haagweg en wordt de betrokken post goedgekeurd. Het inkorten van het verhoogd voetpad in de Wilhelmina- straat tegenover de Baronielaan, ontmoet bij den heer Sassen bezwaar. Spreker vraagt, welke kosten daaraan verbonden zullen zijn. De voorzitter antwoordt hierop, dat die uitgaaf geraamd is op f 1000,—. De heer SASSEN acht die uitgaaf niet direct noodig. De passage is daar niet zoo druk. Verschillende leden wijzen op den misstand, welke daar bestaat. De heer TEYCH1NÉ meent, met het oog op de geringe pas sage met voertuigen, dat eene uitgaaf van f 1000,voor de inkorting van dat voetpad, niet te rechtvaardigen is. De heer VAN HAL is van oordeel, dat het voorstel dient te worden aangenomen. Waar twee straten elkander kruisen, behoort men zonder omweg van de eene straat in de andere te kunnen rijden. Hier ligt een obstacle en nu is het, volgens spreker, eene kleine moeite om dat weg te nemen. Het voorstel om ten behoeve van de inkorting van het ver hoogde voetpad in de Wilhelminastraat tegenover de Baronie laan een post van f 1000,— op de begrooting te brengen, wordt

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1905 | | pagina 298