300 9 December 1905. De heer ROMBOUTS betoogt, dat de voorgestelde uitgaaf volstrekt niet weggeworpen zal zijn. De klacht van het hos pitaal is gegrond en nu kan met deze kleine uitgaaf daaraan worden tegemoet gekomen. De proef bij de school aan de Kloosterlaan, waar eveneens de keibestrating door eene klin kerbestrating is vervangen, is bij ondervinding gebleken goed te zijn. Ook daar komen dikwijls zware vrachten over den weg, doch buitengewone onderhoudskosten zijn nog niet voor gekomen. De heer LIJDSMAN kan zich niet met de voorgenomen klinkerbestrating vereenigen. Spreker vreest voor de gevolgen daarvan en is van oordeel, dat andere inrichtingen, zooals het Liefdegesticht en het Gasthuis, met dezelfde klachten zullen komen. De heer VAN DAM acht de zaak zeer eenvoudig. Er is eene klacht ingekomen van het hospitaal over den hinder, die de zieken ondervinden door het rijden met zware karrevrachten over de keibestrating. Toen is het denkbeeld geopperd om eene verandering te maken in de losplaats, doch dit denkbeeld is gebleken niet in het belang te zijn van den handel. Daarna heeft dr. Butner verklaard, genoegen te nemen met eene klinkerbestrating, zoodat de gemeente door eene kleine uitgaaf aan de bezwaren van den geneeskundigen dienst kan tegemoet komen, zonder dat de handel er nadeel door ondervindt. Wat de kwestie van onderhoud betreft, deze acht spreker niet van overwegenden aard. In de provincie Utrecht treft men aller- wege klinkerbestrating aan. Ook bij de school aan de Klooster laan is veel passage met zware vrachten zonder dat daar van buitengewoon onderhoud sprake is. De heer BLOEMARTS meent, dat men zich ten aanzien van het onderhoud der klinkerbestrang wel aan een beetje over drijving schuldig maakt. Als men het oog houdt op het maken eener nieuwe losplaats elders, welke op den duur toch noodig zal blijken, en waartoe dan de uitkomende keien zouden ge bezigd kunnen worden, dan bestaat er, volgens spreker, tegen dezen post geen bezwaar. De heer VERSCHRAAGE vraagt, of ook het maken eener asphaltbestrating overwogen is.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1905 | | pagina 300