1 April 1905. 67 „honderd en vijf opleveren van eene te maken rioolleiding „bestaande uit een eivormig cementriool, wijd binnenwerks „0,40 bij 0,60 M. over eene lengte van pl.m. 210 M., aanslui pende op het Kasteelplein, door middel van een overgangsput, „aan het aldaar bestaande riool en van daar gaande door de „Cingelstraat en de Kraanstraat tot aan de Haven, een en „ander als aangegeven op de aan deze overeenkomst gehechte „schetsteekcning. „Tevens waarborgen zij aan den Staat kosteloos het recht „van loozing op het riool, met inachtneming evenwel van het „besluit en de verordening op de rioolaansluitingen, vastgesteld „bij raadsbesluit van 29 juli 1899 (Gemeenteblad no. 5S)terwijl „zij tevens afstand doen van haar recht van loozing op de „Kasteelgracht en aan den Staat der Nederlanden de bevoegd heid verleenen tot verwijdering of dichting van de in die „Kasteelgracht uitmondende bestaande gemeenteriolen. Art. 2. „De contractant ter eene zijde verbindt zich namens den „Staat der Nederlanden dat, na de uitvoering der in art. 1 „vermelde werkzaamheden, aan de gemeente zal worden betaald „een bedrag van Art. 3. „De betaling zal geschieden door de zorg van het departe- „ment van oorlog binnen vier (4) weken nadat bij dit depar tement zal zijn ingekomen en in orde bevonden eene declaratie ,,:n tweevoud, volgens bij den contractant ter eene zijde „voorhanden model en waarvan één exemplaar op zegel, „voorzien van eene verklaring van dien contractant, dat de „werkzaamheden, in art. 1 vermeld, zijn afgeloopen. „Voor betaling wordt gehouden eene ordonnantie van be paling op den Rijksbetaalmeester te Breda. Art. 4. „Alle kosten, op deze overeenkomst vallende, behalve die „van registratie, alsmede die van het maken van twee afschrif ten daarvan op ongezegeld papier, welke binnen twee maanden „na de dagteekening van de hiervoren vermelde aanschrijving „van den Minister van Staat, Minister van Oorlog, aan den „contractant ter eene zijde zullen moeten zijn ter hand gesteld, „en die van de zegels der declaratie en der ordonnantie van „betaling komen ten laste van de gemeente Breda."

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1905 | | pagina 67