116 28 April 1906. 6. Adres van N. J. Beversen, te 's-Gravenhage, d.d. 15 April 1906, verzoekende de door hem gevraagde concessie voor de oprichting eener electrische centrale te Breda te verieenen voor een tijdvak van ten minste 50 jaren. De voorzitter stelt voor dit adres te verzenden naar burgemeester en wethouders om prae-advies, in verband met eene andere concessie-aanvrage voor den aanleg en de exploi tatie van electrische trams in deze gemeente. Dienovereenkomstig wordt besloten. Schrijven van burgemeester en wethouders alhier, d.d. \8 April 1906, no. 594, daarbij aanbiedende het beredeneerd verslag van den toestand dezer gemeente over 1905, vergezeld van de verslagen van de verschillende openbare en ettelijke bijzondere inrichtingen in deze gemeente. De voorzitter stelt voor, dit verslag, evenals vorige jaren, te doen drukken en aan de leden een exemplaar daarvan te doen uitreiken. Waartoe besloten wordt. 8. Schrijven van de commissie voor de strafverordeningen alhier, d.d. 5 April 1906, daarbij in overweging gevende om artikel 1, hoofdstuk I, van de algemeene politieverordening voor deze gemeente te lezen als volgt „Alle eigenaars, beheerders, gebruikers en bewoners van ge bouwen zijn verplicht te gedoogen, dat daarop van gemeen tewege nummers worden aangebracht, ter grootte en ter plaatse, „door burgemeester en wethouders te bepalen." De voorzitter vraagt, of de raad zich met dit voorstel kan vereenigen. Niemand der leden daartegen eenige bedenking te kennen gevende, wordt gemeld voorste! goedgekeurd. 9. Prae-advies van burgemeester en wethouders op het adres van de algemeene lelephoon-maatschappij, voorheen Ribbink, Van Bork Co. te Amsterdam, vergunning verzoe kende om palen in bewaring te mogen blijven s'ellen op het terrein aan den Wilhelminasingel.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1906 | | pagina 116