28 April 1906.
119
b. „op de trottoirs en op de grenslijn te plaatsen 5 stuks
„hardsteenen grenspalen, lang 0,50 M., zwaar 0,20X0-20 M.,
„met groef.
c. „dat genoemde werken worden uitgevoerd onder toezicht
,,en ten genoegen van den gemeente-architect.
d. „dat jaarlijks ten kantore en tegen kwitantie van den
„gemeente-ontvanger zal worden betaald een bedrag van
„vijf en zeventig gulden voor onderhoud van genoemde
„straten, waarvan de eerste storting moet plaats hebben
„op datum over één jaar na de onderteekening dezer
„overeenkomst.
„De betaling der onderhoudskosten eindigt zoodra de
„geheele straat binnen de grenzen der gemeente Breda
„aan weerszijden met woonhuizen is bebouwd.
e. „dat de voorgevels van de te stichten gebouwen langs
„genoemde straten geene mindere hoogte zullen hebben
„dan 8 meter boven de kruin van den weg, terwijl de
„zijgevels langs de rivier „de Mark" eveneens als voor
gevels moeten worden behandeld.
„dat de in eigendom te verkrijgen grond langs de ri-
„vier de Aa of Weerijs door een houten schutting moet
„worden afgesloten, wanneer dit door contractanten ter
„eene zijde zal worden bepaald, en tot zoodanige hoogte
„als door hen zal worden voorgeschreven.
Art. 4.
„Wanneer door contractant ter andere zijde of zijne recht
verkrijgenden aan een der gestelde voorwaarden niet mocht
„voldaan worden, zullen zij, na op hunne kosten in gebreke
„te zijn gesteld, voor eiken dag verzuim eene boete verbeuren
„van één gulden ten behoeve van de gemeente Breda.
Art. 5.
„De kosten van zegels, leges, registratierechten, overschrij
ving in de openbare registers en alle andere kosten op deze
„overeenkomst vallende, worden door contractant ter andere
„zijde gedragen."
De voorzitter vraagt, of de raad zich met deze ont-
werp-voorwaarden kan vereenigen.
De heer STAAL zegt, dat hij met belangstelling van de
stukken heeft kennis genomen en vraagt, of het de bedoeling
