138 19 Mei 1906. „ten van Noord-Brabant van „verklaren bij deze te hebben verhuurd aan Hermanus Vriens, „metselaar, wonende te Breda, die verklaart in huur aan te „nemen: „Een gedeelte van het perceel grond, vroeger bouw- ofteel- „land, gelegen aan den Wilhelminasingel nabij den watertoren „te Breda, kadastraal bekend gemeente Breda, sectie B, no. „4038, ter grootte van 53 aren; geschiedende de verhuur en „huur van bedoeld perceel niet verder dan op 70 meter lengte „langs den Wilhelminasingel, gemeten uit de noordelijke grens „en in de diepte tot tegen de doode gracjjt. „Deze verhuur en huur is aangegaan voor een termijn van „drie achtereenvolgende jaren, ingaande den eersten Mei ne gentien honderd en zes, en eindigende alzoo den dertigsten „April negentien honderd en negen, tegen een jaarlijkschen huur- „prijs van een honderd gulden en verder onder de volgende „voorwaarden: a. „dat het terrein, aan de zijde van den Wilhelminasingel, „voor zoover het als bergplaats wordt gebruikt, moet worden „afgesloten met eene planken of cementijzeren schutting, hoog „twee meter boven de kruin van den weg; b. „dat geen afval of puin mag worden gestort op den open baren weg of in de doode gracht, noch andere voorwerpen, „van welken aard ook, op dien weg of in die gracht mogen „geplaatst of gestort worden, zonder vergunning van burge meester en wethouders; zullende deze huur en verhuur, zon- „der nadere in gebreke stelling zijn ontbonden voor het geval „de huurder in strijd met deze bepalingen mocht hebben ge handeld; c. „dat aan de zijde van den Wilhelminasingel geen uitweg „mag worden gemaakt, doch enkel langs den daaraan grenzen- „den dwarsweg; d. „dat in het verhuurde gedeelte, onder welk voorwendsel „ook, geene vergravingen mogen plaats hebben, noch daaraan „zand ontleend worden; e. „dat de twee bergplaatsen, welke de huurder heeft in de „nabijheid van het diaconessenhuis, moeten worden opgeheven „en opgeruimd, en geene andere van dien aard aan den Wil helminasingel door hem mogen worden opgericht of gebezigd; „dat verhuurders bevoegd zijn op eene gewone kennisgeving „de huur elk jaar op den Iaatsten April te doen eindigen, mits

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1906 | | pagina 138