19 Mei 1906. 141 gaat, daarmede kan spreker zich wel vereenigen, doch dan zal gewacht moeten worden tot het najaar. Inmiddels zou eene afrastering' kunnen gemaakt worden van palen en ijzerdraad. Wat nu betreft de vrees voor ontsiering van den singel, wijst spreker erop, dat hij liever goed afgewerkte en regelmatig opeengestapelde fabrieksstukken ziet dan een planken schutting. De heer REIGERSMAN wijzigt zijn voorstel thans in dien zin, dat de afscheiding zal moeten geschieden door middel van beplanting voor rekening van den huurder en volgens aanwij zing en onder toezicht van den opzichter der gemeente-beplan tingen. Dit voorstel, in stemming gebracht, wordt alsnu aangenomen met 16 tegen 4 stemmen. Vóór stemden de heeren Lijdsman, Van Mierlo, Van Don gen, Van Hal, Reigersman, Teychiné, IngenHousz, Van Dam, Heijlaerts, Smits, Jacoby, Vissers, Slechtriem, Staal, Van Keppel en Sassen. Tegen waren de heeren Rombouts, Scheltus, Bloemarts en de voorzitter. De ontwerp-overeenkoinst, aldus gewijzigd, wordt verder zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd. 10. Schrijven van de commissie van beheer der bank van leening alhier, d.d. 21 April 1906, daarbij ter goedkeuring aan biedende de rekening en verantwoording dier administratie over het dienstjaar 1905. De voorzitter stelt voor deze rekening ter fine van onderzoek en rapport te stellen in handen eener commissie van drie leden. Hiertoe besloten zijnde, en nadat de raad zijn ver langen had te kennen gegeven, dat de voorzitter die commissieleden zal aanwijzen, worden door hem als zoodanig benoemd de heeren Teychiné, Smits en Lijdsman. 11. Schrijven van de gedeputeerde staten van Noord-Brabant, d.d. 11 Mei 1906, G, no. 40, berichtende de ontvangst van het ingezonden afschrift der verordening tot wijziging van de al-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1906 | | pagina 141