218
14 Juli 1906.
wandelaars. Wanneer nu daar, evenals aan de haven, voort
durend goederen worden opgestapeld, dan zou dit den singel
zeer ontsieren.
De heer STAAL betoogt, dat er in de haven schepen komen
met eene lengte van 72 M. Waar moeten die lossen, vraagt
spreker, als het terrein slechts een lengte heeft van 62 M.
De heer JACOBY heeft aanhoudend hooren spreken over
het ontsieren der singels, doch spreker meent, dat het nuttige
voor het aangename moet wijken. Spreker zou gaarne zien,
dat de singels herschapen werden in losplaatsen voor schepen
en dat er eene algemeene bedrijvigheid kon worden waarge
nomen, zooals te Rotterdam onder de Boompjes.
De heer SASSEN doet opmerken, dat de losplaats moet ge
legen zijn aan een goed verharden weg. De thans voorge
stelde voldoet aan die eischen en de lucifersfabrieken zouden
er heel wat door gebaat zijn.
Het voorstel van burgemeester en wethouders wordt alsnu
in stemming gebracht, doch verworpen met 9 tegen 8 stemmen.
Tegen stemden de heeren Van Hal, Verschraagê, Heijlaerts,
Smits, Jacoby, Vissers, Slechtriem, Staal en Van Keppel.
Vóór waren de heeren Lijdsman, Van Dongen, Reigers
man, Teychiné, Van Dam, Rombouts, Sassen en de voor
zitter.
De heer 1NGENHOUSZ was bij deze stemming afwezig.
De voorzitter zegt, dat burgemeester en wethouders
thans het aanwijzen eer.er andere losplaats in overweging
zullen nemen.
28. Adres van H. Vriens te Breda, verzoekende maatregelen
te willen nemen, dat de in aanbouw zijnde cementijzeren brug
aan den Marksingel zoo hoog worde gelegd als die aan de
inundatiesluis.
De voorzitter stelt voor, dit adres te verzenden naar
burgemeester en wethouders om prae-advies.
Waartoe besloten wordt.