228 ll Augustus 1906. 10. Door burgemeester en wethouders wordt ter voorloopige vaststelling aangeboden de rekening dezer gemeente over het dienstjaar 1905 met de bijlagen, bedragende de ontvangsten719 806,30° de uitgaven671 576,32'» zoodat de rekening sluit met een batig saldo van 48 229,98. De voorzitter stelt voor, deze rekening te doen onder zoeken door eene commissie van drie leden. Hiertoe besloten zijnde, en nadat de raad zijn verlangen had te kennen gegeven, dat de voorzitter die commissieleden zal aanwijzen, worden door hem als zoodanig benoemd de heeren Reigersman, Verschraage en Vissers. 11. Schrijven van burgemeester en wethouders alhier, d.d. 6 Augustus 1906, no. 1516, daarbij den raad aanbiedende het ontwerp van begrooting der plaatselijke inkomsten en uitgaven dezer gemeente voor het dienstjaar 1907, vergezeld van eene memorie van toelichting. De voorzitter stelt voor, dat, evenals vorige jaren, de stukken worden gedrukt en de raad zich verdeele in drie af- deelingen tot onderzoek dier begrooting. Daartoe besloten zijnde, wordt door ieder lid een nummer getrokken, waarna blijkt, dat de afdeelingen zullen zijn samen gesteld als volgt Eerste afdeeling uit de heeren: jhr. mr. A. Reigersman, J. Lijdsman, mr. P. M. J. E. Bloemarts, J. J. L. Teychiné,. J. R. baron van Keppel, A. J. A. Verschraage en mr. M. P. M. van Dam, voozitter. Tweede afdeeling uit deheeren: L. J. Staal, mr. W. IngenHousz, W. J. Slechtriem,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1906 | | pagina 228