11 Augustus 1906.
233
De voorzitter stelt voor dit schrijven voor kennisgeving
aan te nemen.
Waartoe besloten wordt.
18. Schrijven van den minister van financiën, d.d. 31 juli
1906, n°. 21, houdende mededeeling, dat aan het dezerzijds
gedaan verzoek tot onderhandschen aankoop van domeingrond
aan den Marksingel onder de gemeente Teteringen niet kan
worden voldaan, op grond, dat de wet van 29 Augustus 1848
(Staatsblad n°. 39) openbare aanbieding voor verkoop van
alle voor vervreemding vatbare onroerende goederen van den
Staat als regel stelt, en afwijking van dien regel alleen bij
uitzondering kan worden overwogen
a: ingeval eenig algemeen belang haar noodig of wensc'he-
lijk maakt
b. wanneer eenig openbaar lichaam juist het in koop ge
vraagde voor zijn publieken dienst bepaald in eigendom
behoeft en zich dus niet kan wagen aan de kans, dat
het hem bij openbare aanbieding zou kunnen ontgaan.'
De voorzitter stelt voor, dit schrijven voor kennisgeving
aan te nemen.
De heer SASSEN vraagt, of het verzoek, zooals dit door
burgemeester en wethouders is gedaan, wel voldoende gemo
tiveerd was.
De heer SCHELTUS wijst erop, dat de gemeente met dezen
aankoop eene nevenbedoeling had, welke niet in het schrijven
kon worden vermeld, want daar was geen algemeen belang
aan verbonden.
De heer TEYCHINÉ vraagt, of er dan geene andere belan
gen bestaan, welke het voor de gemeente wenschelijk maken,
om dien grond te koopen.
De voorzitter zegt, dat het eenige motief is, dat bij het
bouwen van woningen aldaar de gemeente-verordening van
Teteringen in conflict komt met die van Breda. Dit is geen
algemeen belang.
Zonder verdere bedenking wordt alsnu besloten
het onderwerpelijke schrijven voor kennisgeving aan
te nemen.