288
20 October 1906.
13. Adres van de besturen der muziekvereenigingen „Cecilia",
„Vonde!" en „de Unie" alhier, daarbij verzoekende aan elke dier
vereenlgingen eene jaarlijksche subsidie van 250,— te willen
toekennen.
De voorzitter geeft in overweging dit adres om prae-
advies te verzenden naar de commissie voor de muziek.
De heer BLOEMARTS, ofschoon als lid dier commissie niet
huiverig zijnde over deze zaak van advies te dienen, meent,
dat het niet ligt op den weg dier commissie om over alle za
ken, welke de muziek betreffen, rapport uit te brengen. Spreker
acht het enkel de taak dier commissie om toezicht te houden
op het stedelijk muziekkorps in verband met de gelden daar
voor door de gemeente toegestaan. Het komt hem derhalve
voor, dat het adres behoort te worden verzonden naar burge
meester en wethouders.
De voorzitter stelt alsnu voor het adres te verzenden
naar burgemeester en wethouders om prae-advies.
De heer SCHELTUS herinnert aan het betoog van den
heer Bloemarts in de vorige vergadering, waarbij deze er de
aandacht op gevestigd heeft, dat het niet was in het belang
der gemeente, om aan alle muziekvereenigingen hier ter stede
eene subsidie te verstrekken. Het gevolg van dat betoog was,
dat de raad unaniem besloot het bestaande schutterijmu
ziekkorps als stedelijke vereeniging te handhaven en de be
schikbaar gestelde .gelden uitsluitend voor die vereeniging te
bestemmen.
Thans komen de andere muziekvereenigingen weer met een
zelfde verzoek, doch spreker kan niet aannemen, dat de raad,
die nog zoo kort geleden eene andere zienswijze bleek toegedaan
te zijn, nu van meening is veranderd. Om die redenen geeft
spreker in overweging het verzoek dadelijk af te wijzen.
De heer JACOBY wijst erop, dat er reeds langen tijd een
ontevreden geest onder de bevolking heeft geheerscht over
de wijze, waarop de muziekuitvoeringen plaats hebben. De
groote grief bestaat voornamelijk hierin, dat de uitvoeringen
steeds gegeven worden in de kiosk op de Groote Markt,
althans niet in de volksbuurten. Spreker zou die uitvoeringen
willen doen plaats hebben in alle deelen der stad, o. a. ook
