20 October 1906. 293 of kracht om tegen Hirdes op te treden, omdat in de ver gunning van geen hoogtepeil sprake is. Hoe konden nu de ambtenaren daarop ietten Overigens komt het spreker voor, dat de heer Hirdes niet geheel buiten schot is. De lasthebber (in casu burgemeester en wethouders) kan niet verder gaan dan door den lastgever (den raad) is toegestaan. En de raad heeft niet opgelegd, wat door burgemeester en wethouders is veroorloofd. Zoover wil spreker de zaak echter niet drijven, omdat hij de bezwaren zeer overdreven acht. Het is niet te verwachien, dat de scheepvaart daar ter plaatse ooit eenige toekomst hebben zal, zoodat er dus geen sprake kan zijn van een afbreken der brug. Wil men derhalve de zaak op deze wijze beschouwen, dan kan de raad de fout betreuren en tevens aan adressanten te kennen geven, dat op hun verzoek niet kan worden ingegaan. De heer TEYCHINÉ betoogt nader, dat bij de aanvrage was overgelegd een plan, hetwelk ter visie heeft gelegen. Op dat plan kwam de brug voor met eene hoogte van 3,50 M. A.P. Het was dus niet noodig om in de voorwaarden nog eene afzonderlijke bepaling daaromtrent op te nemen. Naar dat plan is niet gewerkt. Dat is de fout van burgemeester en wethouders of van de gemeentewerken. Het hindert spreker zeer, dat op dergelijke wijze met de uitvoering van 's raads besluiten wordt omgesprongen. De heer BLOEMARTS zegt, dat hem omtrent de teekening, waarop het hoogtepeil was aangegeven, niets bekend is. Het is mogelijk, dat ook daarin eene fout is begaan. Spreker wil de fouten eerlijk erkennen om tot eene conclusie te geraken. Of de heer Teychiné nu al scherper accentueert, helpt hem niets; men komt er niet verder mede. De heer VAN KEPPEL kan met zeer veel medegaan, wat door den heer Bloemarts is gezegd. Waar echter de heer Bloemarts twijfelt aan het hoogtepeil, op de teekening aan gegeven, moet spreker doen opmerken, dat juist de mededee- ling van den heer Lijdsman aan den heer Vissers heen wijst naar een bepaald hoogtepeil. Nu komt het dikwijls voor, dat de raad eeri besluit neemt, conform de overgelegde teekening. Dat is ook hier geschied.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1906 | | pagina 293