ONTWERP. 17 November 1906. Tegenwoordig de heeren J. LIJDSMAN, B. C. VAN DONGEN, J. A. J. W. VAN HAL, jhr. mr. A. REIGERSMAN, J. J. L. TEYCHINÉ, A. J. A. VERSCHRAAGE, mr. W- INGENHOUSZ, mr. M. P. M. VAN DAM, W. G. H. ROMBOUTS, A. P. SCHEL- TUS, F. J. M. HEIJLAERTS, A. F. SMITS, Ph. L. JACOBY, mr. P. M. J. E. BLOEMARTS, J. W.J. VISSERS, W.J. SLECHT- RIEM, L. J. STAAL. J. R. BARON VAN KEPPEL, H. A. SASSEN, L. A. M. VAN M1ERL0 en E H. A. GULJÉ, burgemeester, voorzitter. De voorzitter opent de vergadering en zegt, dat de notulen van het verhandelde in de vergaderingen van 20 en 27 October 1906, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 8 van het reglement van orde voor den gemeenteraad, ter inzage voor de leden hebben gelegen en hun bovendien in afdruk zijn toegezonden en vraagt, of iemand der leden alsnog voorlezing daarvan verlangt of eenige bemerkingen daartegen in het mid den heeft te brengen. Dit niet het geval zijnde, worden de notulen van voormelde vergaderingen goedgekeurd en vastgesteld. Alsnu stelt de voorzitter aan de orde A. Ingekomen stukken. 1. Besluit van de gedeputeerde staten van Noord-Brabant, d.d. 31 October 1906, G, no. 38, houdende goedkeuring van een suppletoir kohier van de plaatselijke belasting op het ge bruik van openbaren gemeentegrond voor den dienst van 1906, ten bedrage van 1,— De voorzitter stelt voor, dit besluit voor kennisgeving aan te nemen. Waartoe besloten wordt.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1906 | | pagina 305