17 November 1906. 307 Hiertoe besloten zijnde en nadat de raad zijn ver langen had te kennen gegeven, dat de voorzitter die commissieleden zal aanwijzen, worden door hem als zoodanig aangewezen de heeren Heijlaerts, Van Mierlo en Staal. 6. Schrijven van burgemeester en wethouders alhier, daarbij voorstellende de betrekking van hulpambtenaar bij de plaatse lijke belastingen, tevens bevolkingsagent, op te nemen in den staat, bedoeld in art. 2 der pensioenverordening. Dienovereenkomstig wordt besloten. 7. Adres van J. P. Mol, wonende alhier aan de Groote Markt 42, daarbij vergunning verzoekende tot het maken eener riool aansluiting tot afvoer van huis- en hemelwater in de rioleering van het Stadserf, ten behoeve van genoemd perceel. Bij dit adres is gevoegd een ontwerp-besluit, bevattende de voorwaarden, welke burgemeester en wethouders aan de even tueel te verleenen vergunning wenschen te verbinden. De voorzitter vraagt, of de raad zich met deze ontwerp- voorwaarden kan vereenigen. Niemand der leden daartegen eenige bedenking te kennen gevende, wordt besloten aan adressant de gevraagde vergunning tot wederopzegging te verlee nen onder de volgende voorwaarden a. dat niet anders dan huis- en hemelwater in het riool zal mogen worden afgevoerd; b. dat op adressant's eigendom moet worden ge maakt een waterdicht gemetselde of cementsteenen vergaarbak, groot 16 vierkante decimeter en 5 decimeter diep, waarvan de uitloop in de richting naar het gemeenteriool moet zijn voorzien van een ijzeren rooster met spijlen, welke onderling niet verder dan één centimeter van elkander ver wijderd zijn; c. dat tusschen genoemden vergaarbak en tot onge veer 0,50 M. op het Stadserf moet worden gemaakt ecne leiding van Engelsche of zoogenaamde Engelsche buizen, liggende met den onderkant niet lager dan 75 centimeter beneden bovenkant bestrating, wijd 15 centimeter middellijn;

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1906 | | pagina 307