ONTWERP. 1 December 1906. Tegenwoordig de heeren J. LIJDSMAN, B. C. VAN DONGEN, J. A. J. W. VAN HAL, jhr. mr. A. REIGERSMAN, J. J. L. TEYCHINÉ, A. J. A. VERSCHRAAGE, mr. W. INGENHOUSZ, mr. M. P. M. VAN DAM, W. G. H. ROMBOUTS, A. P. SCHEL- TUS, F. j. M. HEIJLAERTS, A. F. SMITS, Ph. L. JACOBY, J. W. J. VISSERS, W. J. SLECHTR1EM, L. J. STAAL, J. R. baron VAN KEPPEL, H. A. SASSEN, mr. P. M.J. E. BLOEM- ARTS, L. A. M. VAN MIERLO en E. H. A. GULJÉ, burge meester, voorzitter. De voorzitter opent de vergadering en zegt, dat de notulen van het verhandelde in de vergadering van 17 Novem ber j.l. nog niet gedrukt zijn en stelt mitsdien voor, de vast stelling daarvan aan te houden tot ecne volgende vergadering. Dienovereenkomstig wordt besloten. De voorzitter geeft in overweging om, met afwijking van de agenda, aan te vangen met de behandeling der gemeente- begrooting. De heer VAN HAL zegt, dat hij daartegen geen bezwaar heeft, doch aangezien de algemeene rapporteur, de heer Ingen- Housz, nog niet tegenwoordig is en het rapport in den regel door den centraal-rapporteur verdedigd wordt, wenschte spre ker te vernemen, of van den heer IngenHousz eenig bericht is ingekomen, dat hij de vergadering niet kan bijwonen. De voorzitter zegt, dat zoodanig bericht niet doorhem ontvangen is. De heer VISSERS meent, dat de afwezigheid van den heer IngenHousz geen bezwaar oplevert, daar toch de andere rap porteurs aanwezig zijn en deze, zoo noodig, de gewenschte inlichtingen zouden kunnen verstrekken.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1906 | | pagina 331