1 December 1906. 341 „echter, nu de stukken zooveel langer dan vroeger door de raads- „leden kunnen worden ingezien, dat het vooraf doen drukken „of hectografeeren van stukken zal kunnen beperkt blijven tot „die, welke kunnen geacht worden van bijzonder belang te zijn". De post wordt hierop goedgekeurd. Volgnummer 94, art. 1 b. „De hierbij uitgetrokken post voor vervangen van 150 M2. „bestrating met vlakke keien aan de Oude Vest, zagen de leden „eener afdeeling liever besteed voor de verbetering der straten „in de binnenstad, b.v. voor dat gedeelte der Nieuwstraat, „aansluitende aan de Brugstraat". Antwoord: „Het vervangen van 150 M2. bestrating met vlakkekeien aan „de Oude Vest heeft in hoofdzaak ten doel, den toegangsweg „te verbeteren naar de Klooster-kazerne, welke verbetering ge leidelijk is tot stand gekomen. „Voor 1907 kan volstaan worden met het thans aangewezen „gedeelte van dien weg. „Voor verbetering van de Nieuwstraat zou het uitgetrokken „bedrag slechts voor één derde toereikend zijn, weshalve bur gemeester en wethouders in overweging geven, dit bedrag „voor het beoogde doel te behouden en later eene som tot ver- „betering van de Nieuwstraat op de begrooting te brengen". De heer BLOEMARTS zegt, dat door hem de verbetering van de Nieuwstraat is ter sprake gebracht, ofschoon hij niet wil ontkennen, dat ook andere stadsgedeelten voor verbetering in aanmerking komen. Het gedeelte der Nieuwstraat van af het Liefdegesticht tot de Toibrugstraat verkeert echter in een deplorabeien toestand. Het verkeer van de vele kinderen, die daar de scholen bezoeken, is er op zekere tijdstippen van den dag zeer druk. Spreker beveelt de verbetering van dat gedeelte dan ook ten zeerste aan en zou de keien, voor de Oude Vest aangewezen, willen bestemd zien voor de verbetering van de Nieuwstraat. De voorzitter antwoordt hierop, dat het betreft de voortzetting van eene reeds aangevangen verbetering van het middenpad naar de Klooster-kazerne. Het is hoogst wensche- lijk, dat die verbetering geleidelijk tot stand komt.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1906 | | pagina 341