1 December 1906. 345 Na korte beraadslaging wordt alsnu goedgevon den den post op de begrooting te behouden en de bestrating van het voetpad met klinkers of ijzersteen tegels te doen plaats hebben. Volgnummer 109, art. 6g. „In twee afdeelingen werd de wepschelijkheid uitgesproken „dezen post aanmerkelijk te verminderen; in ééne afdeeling „wenschten de leden hem terug te brengen tot de helft, ten „einde het trottoir in de Bouwerijstraat alleen langs den kant „van het Valkenberg te leggen. „De vraag werd hierbij gedaan, of de pomp bij de meisjes school van het departement „Breda" der Maatschappij tot nut „van 't algemeen niet zoude kunnen worden opgeruimd". Antwoord. „Met de verbetering van de trottoirs in de Bouwerijstraat „wordt beoogd het vervangen van de ruwe kantsteen door „trottoirbanden, waardoor op enkele plaatsen verbreeding mo gelijk wordt en tevens betere lijnen verkregen worden. „Ook vernieuwing van rioolkolken, zooals uit de specifieke „begrooting blijkt, is mede hierbij opgenomen. „De tegenwoordige verharding van de trottoirs bestaat uit „zeer slecht materiaal. „Wenscht de raad dezen post met de helft te verminderen, „en slechts 900,— op de begrooting te behouden, dan ver dient het overweging, om enkel het achtergedeelte vanaf de „meisjesschool van het departement „Breda" der Maatschappij „tot nut van 't algemeen tot de Sophiastraat te verbeteren. „Wat beteft de tweede vraag, moeten burgemeester en wet houders doen opmerken, dat er geen openbare pompen alhier „meer zijn, doch dat het toestel, dat waarschijnlijk bedoeld „wordt en aangezien is voor eene pomp, in verband staat met „het spuistelsel van het riool „de Oude Vest" en als zoodanig „niet gemist kan worden." De heer SASSEN vindt het jammer, dat burgemeester en wethouders niet hebben vastgehouden aan het oorspronkelijk plan, om de bestrating van de geheele Bouwerijstraat te ver beteren. Wanneer die verbetering ergens noodig is, dan is het zeker daar. Die straat verkeert in een slechten staat. Zij is een

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1906 | | pagina 345