356 1 December 1906. „dat artikel eerie verboden delegatie van wetgevende macht bevat. „De bevoegdheid, daarbij aan burgemeester en wethouders toege kend, behoort slechts een uitvloeisel te zijn van een algemeen „door uw college vast te stellen voorschrift, dat in het onderha vige geval ontbreekt. Hier worden toch burgemeester en wet houders beschouwd als bekleed te zijn met eene onbeperkte, „wetgevende bevoegdheid ten aanzien van het in artikel 37 om schreven onderwerp. „Hoewel uwe commissie betwijfelen mag, of de opvatting „van heeren gedeputeerde staten juist is, wil zij evenwel aan „het bezwaar tegemoet komen en stelt zij voor artikel 37 te „doen luiden als volgt: „Het is verboden openbare wegen te berijden of in eehe be haalde richting te berijden of daarop met paarden of voertuigen „stil te staan, wanneer daardoor de veiligheid of bruikbaarheid „dier wegen in gevaar wordt gebr cht. Wanneer burgemeester „en wethouders krachtens de in alinea 1 van dit artikel gestelde „verbodsbepaling bij openbare kennisgeving bepalen, dat de open- hare weg niet of slechts in eene bepaalde richting mag bereden wordenof wel dat de voertuigen hier of daar niet mogen stilstaan, „alsmede wanneer de beambten der politie in bijzondere gevallen „bevel geven, dat paarden en voertuigen zullen stilstaan, voort haan of eene zekere richting nemen, zijn de geleiders der paar- „den en voertuigen gehouden, deze bepalingen of bevelen op te „volgen. „Het is verboden te rijden, behalve met kinderwagens, op die „wegen of gedeelten van wegen, welke blijkens ccnig zichtbaar „teeken, bij besluit van den raad, aan het verkeer met rij- of voertuigenrijwielen, paarden of vee zijn onttrokken. „Voorts komt het uwe commissie voor, om eenige. bepalingen „in de politie-verordening op te nemen, betreffende hel gebruik „van motorrijtuigen en rijwielen. „Hoewel dit onderwerp is geregeld bij de wet van 10 Fe bruari 1905 (Staatsblad no. 69) en bij provinciale verordening „van 5 Juli 1906 (Provinciaal Blad no. 17), acht uwe commissie „het wenschelijk om eenige straten te sluiten voor het gebruik „van motorrijtuigen en motorrijwielen, alsmede om de snelheid „van het rijden te beperken, en stelt zij voor om onder hoofd stuk VII een nieuw artikel 66bis op te nemen, luidende Voor motorrijtuigen en motorrijwielen zijn gesloten Diesl- „straat, Rozemarijnstraat, Achterom, Gampelstraal Korte en

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1906 | | pagina 356