36
10 Februari 1906.
„voor het overige gedeelte voldoende oude keien aanwezig. In
„de rooilijn zal deze losplaats, welke geen stapelplaats is, wor-
„den afgemaakt met palen, ter hoogte van pl.m. 1.M. boven
„den beganen grond, onderling verbonden, met één opening in
„het midden van 3,— M. voor uitweg, zoodat de publieke vei
ligheid niet geschaad wordt.
„De kosten van een en ander, mot inbegrip van de te ver-
„plaatsen en bij te maken gedeelten heining, zijn geraamd op
„pl. m. f 200,—.
„Bovengenoemde losplaats heeft in hoofdzaak ten doel, de
„Ginnekenstraat van het zware vervoer, komende van de los-
„plaats aan den Nieuweweg, te ontlasten."
De voorzitter vraagt, of de raad zich met dit voorstel
kan vereenigen.
De heer INGENHOUSZ vraagt, of door het maken van deze
losplaats, de andere aanhangige plannen komen te vervallen.
De voorzitter antwoordt hierop ontkennend.
De heer STAAL juicht het plan ten zeerste toe, doch wenscht
erop te wijzen, dat bij het maken dier losplaats ook rekening
zal moeten gehouden worden met de hoogte van het terrein
en dat ook de vaargeul zal verbeterd dienen te worden.
Zonder verdere bedenking wordt alsnu het betrokken
voorstel goedgekeurd.
19. Voorstel van burgemeester en wethouders betrekkelijk
de overdracht aan de gemeente Teteringen van het onderhoud
van den keiweg in den Zandberg, welk voorstel in extenso is
opgenomen in de raadsnotulen van 13 Januari 1906.
De voorzitter, dit punt aan de orde stellende, geelt
vooraf eenige historische inlichtingen betreffende de verplich
ting der gemeente Breda tot bijdrage van 7lm in de kosten van
het onderhoud van dien weg. Vroeger werd op dien weg door
Breda tolgeld geheven en thans nog ontvangt de gemeente eene
vergoeding voor de opheffing der tollen, zoodat de onderhouds
plicht voor Breda vaststaat.
De heer SASSEN zegt, dat hij in de vorige vergadering
reeds de wenschelijkheid heeft te kennen gegeven om alle
rechten en verplichtingen aan Teteringen over te dragen, wijl