22 December 1906. 377 „Het is verboden een erf dieper te bebouwen dan drie vierde „gedeelte, gemeten uil de rooilijn van het erf, grenzende aan „de rooilijn. „Burgemeester en wethouders kunnen uitzondering op dit „verbod toestaan bij hei bouwen op een open erf, gelegen aan „den hoek van twee stroten, overeenkomstig door hen te stellen „eischen. „Eveneens kan de gemeenteraad, na ingewonnen advies van „de gezondheidscommissie, op door den raad te stellen eischen „toestaan, dat de, door de bepaling der eerste alinea van dit artikelontstane open ruimte worde bebouwd. „Op tuinhuisjes, berghokjes, plantenkasten en dergelijke ge bouwtjes is de bepaling van de eerste alinea van dit artikel „niet van toepassing, mits deze te zaaien niet meer oppervlakte „innemen dan een vierde gedeelte van de in genoemde alinea „gevorderde open ruimte en niet hooger zijn dan 2,5 Af. „Het zal de aandacht van uwen raad niet ontgaan, dat bij „de gewijzigde redactie het woord bouwen is veranderd, in „bebouwen, waarmede de bedoeling van. dit artikel duidelijker „wordt. „Het is ook gebleken, dat de uitlegging van artikel 1- aan- „leiding heeft gegeven, om te ontduiken hetgeen in artikel 5 „wordt verboden. „Overeenkomstig het schrijven van gedeputeerde staten van „11 Mei 1S05, stellen wij U thans voor, art. 1 in zijn geheel te „doen vervallen. Immers, art. 49 der woningwet voorziet reeds „daarin, terwijl bovendien aan burgemeester en wethouders „in datzelfde artikel de bevoegdheid is gegeven, o.n bij het „verleenen van eene zoodanige vergunning, voorwaarden te „stellen in het belang van gezondheid, veiligheid en zedelijkheid. „Ten einde misverstand te voorkomen, dat de bouwverorde ning, evenals de woningwet aiieen geldt voor gebouwen „bestemd tot woning, geven wij in overweging, aan het slot „van art. 99 de volgende alinea toe te voegen Voor alle andere gebouwen, - nu t bestemd voor woning, „worden bij het verzoekschrift om vergunning alleen-vereischt „de opgaven, vermeld sub 1 tot en met 4 en sub 10 tot en „met 20. „Wij hebben mitsdien de eer aan uwen raad voor te stellen „de hierboven omschreven en gewijzigde artikelen 14 en-<99 „der bouwverordening aan te nemen."

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1906 | | pagina 377