10 Februari 1906. 43 „Met betrekking tot dit onderwerp zegt de wet: „Ari. 28, punt 3. Het plan van uitbreiding alsmede de plannen „fot herziening daarvan zijn aan de goed keuring van gedeputeerde staten onderworpen. „Tegen weigering van de goedkeuring kan „door den raad en tegen het verleenen van „de goedkeuring door belanghebbenden bin- „nen eene maand beroep bij Ons worden „ingesteld. „punt 4. Het ontwerp van het plan van uitbreiding „alsmede de ontwerpen tot herziening daar- „vau liggen met uitvoerige kaarten en grond- „teekeningen ten minste gedurende vier weken „vóór de vaststelling op de gemeente-secre tarie voor eenieder ter inzage. nutit 5. Het plan van uitbreiding alsmede de plannen „tot herziening daarvan liggen met de uit voerige kaarten en grondteekeningen op de „gemeente-secretarie voor een ieder ter inzage. punt 6. Van de nederlegging en van de goedkeuring „door gedeputeerde staten wordt door het „hoofd van het gemeentebestuur in een of „meer nieuwsbladen der gemeente of, bij „het ontbreken daarvan, eener naburige ge beente, onverwijld kennisgegeven. Zij wor- „den daarenboven door hem op de gebrui- „kelijke wijze aan de ingezetenen bekend „gemaakt. „punt 7. Bij algemeenen maatregel van bestuur wor- „den voorschriften gegeven betreffende de „inrichting van plannen van uitbreiding over eenkomstig dit artikel. „(Zie omtrent die voorschriften het besluit „van 28 Juli 1902, S. 160, 4, art. 14, vermeld „in Schuurman'S editie, blz. 95.) „Aan die voorschriften is, blijkens de over gelegde stukken, voldaan." De voorzitter vraaagt, of de raad zich met dit ontwerp kan vereenigen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1906 | | pagina 43