44 10 Februari 1906. Niemand der leden daartegen eenige bedenking te kennen gevende, wordt besloten gemeld ontwerp voorloopig goed te keuren en de stukken, overeen komstig de wettelijke bepalingen, ter secretarie ter visie te leggen. 23. Schrijven van de gedeputeerde staten van Noord-Brabant, daarbij inlichtingen verzoekende in zake den aanslag van een belastingschuldige in den hoofdelijken omslag dezer gemeente voor het dienstjaar 1905. De voorzitter stelt voor, dit schrijven in besloten zitting te behandelen. Waartoe besloten wordt. 24. Schrijven van het raadslid, den heer J. W. J. VISSERS, d.d. 8 Februari 1906, daarbij, in afwachting van nadere beraad slagingen in zake het voorstel tot afschaffing der voorjaars- kermis, in overweging gevende die kermis dit jaar nog te doen plaats hebben. De heer VISSERS, dit voorstel nader toelichtende, zegt, dat door hem het voorstel is gedaan, afgescheiden van de vraag, of hij later zijne stem zal uitbrengen voor of tegen de afschaffing der kermis. Spreker meent, dat het in het belang der gemeente is en ook van de kermisreizigers, die hunne reisroute moeten vaststellen, datzoo spoedig mogelijk hier omtrent eene beslissing worde genomen. De voorzitter zegt, dat bij burgemeester en wethouders hiertegen geene bezwaren bestaan. De heer VAN HAL vraagt, in welk stadium de zaak thans verkeert. De voorzitter antwoordt hierop dat het voorstel nog be rust bij de kamer van koophandel en fabrieken. Zonder bedenking wordt alsnu het voorstel van den heer VISSERS goedgekeurd.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1906 | | pagina 44