10 Maart 1006. 75 nen, die binnen het afgezette terrein zich ophielden, althans eene strafvervolging kon niet ingesteld worden. Om daarin te voorzien wordt dit nieuwe artikel voorgesteld. op het bij brand door de po litie afgezette terrein, tenzij met vergunning van den bur gemeester of van burgemees ter en wethouders. HOOFDSTUKKEN XII toten met XVI. Kunnen onveranderd blijven. HOOFDSTUK XVII. De veranderingen, voorge- Zal wenschelijk zijn binnen- steld door de gezondheids- kort opnieuw te regelen, commissie, kunnen dan in over weging genomen worden. HOOFDSTUK XVIII. Kan onveranderd blijven. HOOFDSTUK XIX. Als voren. HOOFDSTUK XX. Geregeld bij de boterwet. Art. 190 (oud) schrijft ver beurdverklaringimperatief voor, terwijl bij overtredingen alleen verbeurdverklaring facultatief kan plaats hebben. Art. 189 vervallen, behou dens de laatste alinea van dit artikel. Art. 190. opnieuw vast te stellen als volgt: Overtreding van art. 189 wordt gestraft met eene geldboete van ten hoogste 25,--, terwijl ver beurdverklaring der in beslag genomen boter kan worden uitgesproken. Geregeld bij de ioterijwet. HOOFDSTUK XXI. Kan vervallen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1906 | | pagina 75