78
10 Maart 1906.
De voorzitter vraagt, of de raad zich met dit voorstel
kan vereenigen.
Niemand der leden daartegen eenige bedenking
te kennen gevende, wordt dienovereenkomstig besloten.
28. Prae-advies van burgemeester en wethouders op het
adres van het uitvoerend bestuur van het concours hippique
alhier, verzoekende voor het dit jaar te houden concours, van
wege de gemeente, een zilveren beker uit te loven, luidende
dit prae-advies als volgt
„Het hierbij gevoegd adres in onze handen gesteld zijnde om
„prae-advies, bij uw besluit van 10 Februari 1905, hebben
„wij de eerU als onze meening te doen kennen, dat bij het be-
„staande voornemen, om van de Bredasche concours-hippique-
„vereeniging eene te Breda gevestigde Nederlandsche vereeni-
„ging te maken, waardoor de buitengewone deelneming, ten
„vorigen jare reeds gebleken, nog belangrijk zal toenemen, de
„gemeente hare belangstelling in deze zaak moet toonen en
„haar aanmoedigen en steunen moet, in het belang van haren
„naam en in het materieel belang harer ingezetenen dat bijzon
der de aandacht erop wordt gevestigd, dat de gevraagde zil
veren beker, die genoemd zal worden „De Beker van Breda",
„eerst na de vervulling van zekere voorwaarden en na het ge
houden hebben van vijf concoursen in eigendom van een deel
nemer overgaat, zoodat hij vijf jaren zal zijn het voorwerp,
„naar welks bezit gestreefd wordt; dat het uitvoerend comité
„zelfs het voornemen heeft elke vijf jaar een internationaal
„concours te houdendat om deze redenen wij de eer hebben
„U te adviseeren, aan het verzoekend bestuur voor het beoogde
„doel toe te kennen een zilveren beker, die zal genoemd worden:
„De Beker van Breda", waarvan de kosten zullen zijn pl. m.
„f140,—, te brengen ten laste van hoofdstuk VIII, art. l,uitga-
„ven, der begrooting 1906".
De voorzitter vraagt, of de raad zich met dit voorstel
kan vereenigen.
Qe heer VAN HAL acht de som van 140,— voor een zilveren
beker wel wat gering, vooral, wanneer men in aan merking
neemt, dat deze prijs vijf achtereenvolgende jaren door den-