7 April 1906. 95 De heer VISSERS zegt, dat het voorstel van den heer Sassen zonder ee:;ige toelichting is cn verzoekt derhalve den heer Sassen zijn voorstel nader te willen motiveeren. De heer SASSEN zegt, dat hij door de voorstellen der com missie voor de strafverordeningen eenigszins teleur gesteld was, omdat daarin geene enkele bepaling wordt aangetroffen tot het tegengaan der vermomde bedelarij, hetgeen sprekers voorstel beoogt. Om zekerheid te hebben, dat dit voorstel thans nog in behandeling zou kunnen komen, heeft spreker dit nog Donderdag j.l. ingezonden, doch de toelichting ervan ach terwege gelaten, ten einde deze bij de behandeling van het voorstel te geven. De voorzitter geeft in overweging het voorstel van den heer Sassen te verzenden naar de commissie voor de strafver ordeningen om advies. De heer SASSEN heeft daartegen geen principieel bezwaar, omdat het niet in zijne bedoeling ligt het werk der commissie voor de strafverordeningen uit handen te nemen. Spreker wenscht er echter op te wijzen, dat de vermomde bedelarij in den laatsten tijd hier ter stede kolossale afmetingen heeft aange nomen. Om die bedelarij te kunnen tegengaan, is het doel van spre kers voorstel. TlianS staat de politie daartegen geheel machteloos. De heer VAN DAM wijst erop, dat het voorgestelde artikel, hoe eenvoudig het ook schijnt, toch nog al van ingrijpenden aard is. Nu het toch de bedoeling is, het voorstel te verzen den naar de commissie voor de strafverordeningen, wil spreker daarop niet verder ingaan. Enkel wenscht hij erop te wij zen, dat verschillende gevallen zich kunnen voordoen, dat de verbodsbepaling bezwaarlijk zou kunnen worden gehandhaafd, b.v. voor het leuren met bokking, sinaasappelen en dergelijke. Zooals de redactie thans luidt, zou spreker er zich dus tegen moeten verzetten. De heer SASSEN legt er nogmaals den nadruk op, dat het enkel zijne bedoeling is, om de vermomde bedelarij tegen te gaan. Vandaar dan ook, dat het artikel de bevoegdheid geeft aan burgemeester en wethouders om van het verbod ontheffing te verleenen. Wat nu de redactie betreft, hieromtrent is door spreker geraadpleegd met bevoegde personen op dat gebied.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1906 | | pagina 95