136
13 April 1907.
„brengen aan de nagedachtenis van hem, die gedurende bijna
„20 jaren lid was van deze vergadering. Wij allen hebben
„hem gekend als een welwillend en aangenaam man, die over
eenkomstig zijn vermogen de belangen der gemeente heeft
„behartigd. Jarenlang was hij lid en daarna ook voorzitter
„van de kamer van koophandel en fabrieken, in welke hoe
danigheid hij steeds nuttig werkzaam is geweest.
„Maar ook als burger en niet minder als philantroop heeft de
„overledene groote verdiensten. Jaren en jaren heeft hij aan
„het hoofd gestaan eener bloeiende industrieele onderneming,
„die aan velen werk verschafte, terwijl hij lid was van ver
schillende liefdadige instellingen in deze gemeente.
„Hij heeft veel en velen goed gedaan. Armen en gebrekki-
„gen, kinderen, zieken en ouden van dagen, zij allen hebben
„zijne weldadige hand mogen ondervinden.
„Ik besluit met den wensch, dat zijn aandenken bij allen,
„die hem gekend Hebben, in dankbare herinnering moge blij-
„ven voortleven en dat hij rusten moge in vrede".
Wordt besloten het schrijven met eeji brief van
rouwbeklag te beantwoorden.
2. Besluiten van de gedeputeerde staten van Noord-Bra
bant, als
a. in dato 21 Maart 1907, G, no. 96, houdende goedkeuring
van het raadsbesluit van 9 Maart j.l. om te brengen ten
laste van hoofdstuk VIII, art. 1 (onvoorziene uitgaven)»
der begrooting voor 1907 een bedrag van f 500,—wegens
kosten voor de feestelijke herdenking van M. A. de
Ruijter's 300sten geboortedag;
b. in dato 21 Maart 1907, G, no. 91, houdende goedkeuring,
voor zooveel noodig, van het raadsbesluit van 9 Maart
j.l., tot regeling der grenzen van de gemeente Breda
met het kadastraal perceel sectie A, no. 5932, toebehoo-
rende aan de naamlooze vennootschap machinefabriek
„Breda";
De voorzitter stelt voor deze beide besluiten voor ken
nisgeving aan te nemen en, voor zooveel noodig, ter uitvoering
te verzenden aan burgemeester en wethouders.
Waartoe besloten wordt.