140 13 April 1907. De heer BLOEMARTS wijst erop, dat bij burgemeester en wethouders zich dezelfde vraag heeft voorgedaan. Er heeft een misverstand geheerscht, waarvan de aanvragers niet de schuld dragen. Dit blijkt duidelijk, wanneer men de primitieve circulaire van het bestuur van het concours hippique, welke op het uitloven van den beker van Breda betrekking heeft, aandachtig naleest. Het is de bedoeling om gedurende 4 achtereenvolgende jaren telkens een beker te laten verrijden, welke bekers dan het vijfde jaar opnieuw moeien gewonnen worden, om het eigen dom van den winner te kunnen worden. Hierdoor is de mo gelijkheid niet uitgesloten, dat er dan weer enkele bekers be schikbaar komen, welke in de daaropvolgende jaren zullen uit geloofd worden. Alle vooruitzichten bestaan er, dat deze wedstrijden hier ter stede zeer zullen toenemen, en is spreker juist ingelicht ook van hoogerhand ten zeerste worden gesteund. Onder anderen wordt verzekerd, dat Hare Majesteit de Koningen ook dit jaar weder een rijzweep als prijs beschikbaar heeft gesteld. De heer SASSEN moet erkennen, dat de raad het vorig jaar heeft gedwaald. Wijl men in de meening was, dat de beker voor vijf jaar zou gelden, heeft men toen het aangevraagde bedrag verdubbeld. Spreker maakt bezwaar, om ook dit jaar weer een beker beschikbaar te stellen. Daaruit volgt, dat de gemeente alsdan voor volgende jaren gebonden is. Dat wordt zoodoende eene uitgaaf van f800. Daaraan kan spreker zijne stem niet ge ven. Hij vindt die uitgaaf onverantwoordelijk tegenover de belastingschuldigen, met wier belangen rekening moet gehou den worden. We zijn over 't algemeen veel te royaal met dergelijke geschenken en moesten eens wat zuiniger worden. Spreker zal derhalve stemmen tegen de inwilliging van het verzoek. De heer ROMBOUTS is wel bereid de zaak te steunen, om dat zij nuttig is voor Breda. Als we het vorig jaar beter ge lezen hadden, dan zouden we ons niet vergist hebben. Daar aan heeft echter het bestuur van het concours hippique geen schuld.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1907 | | pagina 140