20 Juli 1907. 241 „In uwe vergadering van den 16. Juni 1906 werd besloten „tot onteigening van de perceelen ingesloten tusschen de „Oude Vest, de Keizerstraat en het Nonnenveld, ter verbetering „van den woningtoestand aldaar. „Dit besluit werd goedgekeurd bij koninklijk besluit van den „12. December 1906, nu. 27. „De zaak kon toen voortgang hebben. „Allereerst moest, ingevolge art. 17 der onteigeningswet, be- „proefd worden, de perceelen, bij minnelijke schikking, in „eigendom te verkrijgen, en met die taak heeft zich, op ons „verzoek, wel willen belasten de commissie van bijstand in „het beheer der openbare werken alhier. „Deze commissie heeft zich met veel zorg van hare laak „gekweten, zooals u blijken kan uit haar verslag, dat wij de „eer hebben hierbij over te leggen. „Met alle eigenaren heeft zij tot een schikking weten te geraken, „uitgezonderd drie, wier perceelen derhalve moeten onteigend „worden langs den weg in de woningwet voorgeschreven. „Die perceelen zijn „Kadastraal nummer, sectie B, 3351, 3352, 3353, 2220, 2218, „2219, 1039, 1038, eigenaar H. Fonkert; „Kadastraal nummer, sectie B, n°. 1024, eigenaar L. Vianen; „Kadastraal nummer, sectie B, n°. 1473 en 1068, eigenaar P. „Huijbrechts, c.s. „Ten einde in deze aangelegenheid voor de gemeente te „occupeeren, geven wij u in overweging een rechtsgeleerde „aan te wijzen. „Inmiddels kan worden overgegaan tot den aankoop der „perceelen, waaromtrent met de volgende eigenaren eene min- „nelijke schikking is getroffen, te weten „Firma Van den Berg Co, A. Klein c.s., J. Fokkema, „J. P. van Genk, F. W. Mermans, wed. H. Lemkes, V. L. E. „Claessen en L. van den Linden, samen tot een bedrag van 25 840,-. „Beleefd verzoeken wij u, ons daartoe machtiging te willen „verleenen." De voorzitter vraagt, of de raad kan goedvinden, dat burgemeester en wethouders een rechtsgeleerde aanwijzen, om in deze voor de gemeente te occupeeren. De heer INGENHOUSZ weuscht, naar aanleiding eener circulaire van den heer Fonkert, de zaak nog tot eene volgende

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1907 | | pagina 241