3 September 1907.
287
a. tot lid der commissie van beheer der gemeente-reiniging
de heer W. Q H. Rombouts met 15 stemmen, zijnde
1 briefje in blanco ingeleverd;
b. tot lid van het bestuur van het gemeentelijk pensioenfonds:
de heer mr. P. M. J. E. Bloemarts, met 16 stemmen.
c. tot lid der commissie tot het ontwerpen van strafverordenin
gen de heer mr. P. M. j. E. Bloemarts, met 16 stemmen.
Op eene desbetreffende vraag des voorzitters verklaren
de benoemden zich bereid deze benoemingen aan te nemen.
3. Benoeming van twee ambtenaren van den burgerlijken
stand, bij de periodieke aftreding als raadslid van de heeren
W. G. H. Rombouts en mr. P. M. J. E. Bloemarts, in ver
band met de verordening van 23 April 1904 Gemeenteblad
no. 103).
Wordt overgegaan tot stemming.
Er worden ingeleverd 16 stembriefjes, waaruit blijkt, dat zijn
uitgebracht op den heer Rombouts 15 en op den heer Bloem
arts 16 stemmen.
Zoodat de heeren W. G. H. Rombouts en mr. P.
M. J. E. Bloemarts opnieuw zijn benoemd tot amb
tenaren van den burgerlijken stand.
Op de desbetreffende vraag des v o o r z i 11 e r s verklaren
genoemde heeren zich bereid, deze betrekking eveneens aan
te nemen.
De voorzitter zegt, dat de notulen van het verhandelde
in de vergaderingen van 20 Juli en 10 Augustus 1907, overeen
komstig het bepaalde bij artikel 8 van het reglement van orde
voor den gemeenteraad, ter inzage voor de leden hebben ge
legen en hun bovendien in afdruk zijn toegezonden en vraagt,
of iemand der leden alsnog voorlezing daarvan verlangt of
eenige bemerkingen daartegen in het midden heeft te brengen.
De heer VERSCHRAAGE zegt, dat op bladz. 280 van de
gedrukte notulen van 10 Augustus j.l. is vermeld, dat hij als
voorzitter van het stembureau zou verklaard hebben, dat de
kiezerslijst is geparapheerd en de stemmingslijsten zijn bijge-