304 3 September 1907. De schuldbekentenissen dragen een doorloopend nummer van 1 tot en met 50. De schuldbekentenissen van ƒ500,— worden gerekend te zijn onderdeelen van eene schuldbekente nis van 1000,— en dragen, behalve het nummer, de letter A of B. Art. 2. De biljetten van inschrijving, op gezegeld papier gesteld en voorzien van het opschrift „Geldleening der ge meente Breda groot 50 000,—", moeten worden ingeleverd op Maandag 16 September 1907, vóór twaalf uur des middags, ten gemeentehuize te Breda, en zullen aldaar denzelfden dag, te 12 uur, in het openbaar worden geopend. Zij moeten nauwkeurig vermelden het bedrag en den koers, waarvoor wordt ingeschreven. Minimumkoers van inschrijving 99u/o. Voorzoover de inschrijvingen aan burgemeester en wethou ders aannemelijk voorkomen, zullen aan de hoogste bieders de aandeelen worden gegund, waarvoor zij hebben ingeschreven terwijl de inschrijving van hem, die het laatst in aanmerking komt, tot zoodanig bedrag zal worden verminderd als nog be- noodigd mocht zijn, ingeval zijne inschrijving dat bedrag mocht overtreffen. Indien door twee of meer personen tegen gelijken koers voor meer is ingeschreven dan benoodigd is, zullen, indien hunne inschrijvingen in aanmerking komen, deze pondspondsgewijze verminderd worden. Aan de inschrijvers wordt zoo spoedig mogelijk na het einde van den termijn van inschrijving kennis gegeven of en tot welk bedrag hunne inschrijvingen zijn aangenomen. De storting van het aangenomen bedrag moet plaats hebben op Dinsdag 1 October 1907, ten kantore van den gemeente ontvanger te Breda, tegen uitreiking van obligatiën van 1000,— of ƒ500,-. Art. 3. Te beginnen met het jaar 1909 heeft jaarlijks op 1 October eene aflossing van schuldbekentenissen a pari plaats tot een bedrag van ƒ2000,—. De af te lossen schuldbekentenissen worden elk jaar, bij loting, in de maand Juli aan den aflossingstermijn voorafgaan-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1907 | | pagina 304