322 28 September 1907. „ƒ300,—, van een ambtenaar, belast met de overige werkzaam heden, op 1500,—, en van een ambtenaar, die dezen ver hangt, op 50,—. „De opgave dienaangaande dezerzijds aan heeren gedepu teerde staten dezer provincie gedaan, hebben aanleiding ge heven tot een misverstand. „De persoon, die vóór het in werking treden van bovenge ngenoemd koninklijk besluit de betrekking van commies aan „de afdeeling „Burgerlijke stand" bekleedde, was tevens com plies van de afdeeling „Bevolking", aan welke gecombineerde „betrekkingen was verbonden eene minimum-jaarwedde van 1200,—, welke wedde, na zesjarigen diensttijd, kon klimmen „tot 1400,—. De in dienst zijnde ambtenaar had dit maxi- „mum reeds bereikt. Het was toen onze bedoeling, hem, per soonlijk, als zoodanig te behouden, maar hem in hoedanigheid „van ambtenaar van den burgerlijken stand, belast met de „voorbedoelde „overige werkzaamheden" toe te kennen eene „belooning van 100,— per jaar; niet echter, zooals heeren „gedeputeerde staten het hebben opgevat, de twee betrekkingen „te scheiden en enkel aan de betrekking van ambtenaar van „den burgerlijken stand eene vaste wedde van 1500,— te „verbinden. „Wij wenschen niet te verkorten de rechten, welke door den „tegenwoordigen titularis kunnen ontleend worden aan voot- „meld koninklijk besluit, maar achten het toch wenschelijk, te „trachten, voor het vervolg te geraken tot den toestand, zooals „wij dien ons gedacht hadden. Echter met ecnige wijziging, „zooals u blijken zal uit ons voorstel „De raad besluite, zich te wenden tot heeren gedeputeerde „staten dezer provincie, met verzoek bij de hooge regeering „te willen bevorderen, dat de wedden van de ambtenaren van „den burgerlijken stand alhier worden vastgesteld in dezer voege: „In Breda geniet de ambtenaar, belast met de huwelijksvol trekkingen, eene jaarlijksehe bezoldiging van ƒ300,— „de ambtenaar, belast met de overige werkzaamheden, van 1000,- „de ambtenaar, die laatstgenoemden vervangt, van 50,— „met dien verstande, dat de wedde van 1500,— gehandhaafd „blijft ten behoeve van den thans in dienst zijnden ambtenaar, „in het koninklijk besluit voornoemd aangeduid als den amb tenaar „belast met de overige werkzaamheden".

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1907 | | pagina 322