7 Februari 1907.
33
Bloemarts 7 en op de heeren Sassen en IngenHousz ieder
6 stemmen.
Aangezien de meeste stemmen alsnu wederom over meer
dan twee personen zijn verdeeld, wordt eene tusschenstemming
gehouden, wie van de heeren Sassen en IngenHousz, die elk
6 stemmen hebben erlangd, in aanmerking zal komen voor
herstemming met den heer Bloemarts, die 7 stemmen op zich
vereenigd heeft.
Bij deze stemming worden uitgebracht 17 stemmen, waar
van 8 op den heer Sassen en 8 op den heer IngenHousz, ter
wijl één briefje was ingevuld met den naam van den heer
Bloemarts.
Niemand de volstrekte meerderheid verkregen hebbende,
wordt tot eene tweede stemming overgegaan, waarvan de uit
slag is, dat worden uitgebracht op den heer IngenHousz 9 en
op den heer Sassen 8 stemmen.
Zoodat de heer IngenHousz is aangewezen voor
herstemming met den heer Bloemarts.
De heeren SASSEN en INGENHOUSZ hadden zich bij de
beide laatste stemmingen van medestemmen onthouden.
Alsnu wordt overgegaan tot de herstemming tusschen de
heeren Bloemarts en IngenHousz, waarvan de uitslag is, dat
worden uitgebracht 17 stemmen, waarvan 10 op den heer
Bloemarts en 7 op den heer IngenHousz.
Zoodat de heer mr. P. M. j. E Bloemarts is be
noemd tot tijdelijk wethouder der gemeente, en zulks
totdat in de vacature van raadslid, ontstaan door de
benoeming van den heer mr. Van Dam tot lid van
gedeputeerde staten, zal zijn voorzien.
De heeren BLOEMARTS en INGENHOUSZ hadden zich bij
deze stemming van medestemmen onthouden.
De voorzitter vraagt, of de heer Bloemarts bereid is
deze benoeming aan te nemen.
De heer BLOEMARTS antwoordt hierop bevestigend onder
dankzegging aan den raad, voor het vertrouwen in hem gesteld.