348 26 October 1907. Spreker is er positief van overtuigd, dat de wethouders niet alles kunnen onderzoeken en dat zij in de meeste zaken moeten afgaan op de adviezen van gemeente-ambtenaren. De voorzitter wijst erop, dat de gemeentewet alleen het college van burgemeester en wethouders kent, hetwelk gezamenlijk alle verantwoordelijkheid draagt. Intusschen zullen burgemeester en wethouders met veel belangstelling van de voorstellen van den heer Meeuwesen kennis nemen. De heer MEEUWESEN betoogt, dat er verschillende ge meenten zijn van gelijken omvang als Breda, waar defunctiën der wethouders reeds verdeeld zijn. De voorzitter zegt, dat daardoor de verantwoordelijk heid niet verandert. De heer MEEUWESEN meent, dat dan toch in ieder geval zoo'n speciale wethouder voor zijn eigen afdeeling zou komen te staan in den raad. Zonder verdere bedenking wordt alsnu de hier boven bedoelde ontwerp-overeenkomst goedgekeurd. 14. Ontwerp-besluit tot het vaststellen van rooilijnen, lui dende als volgt „De raad der gemeente Breda-, „Gezien het voorstel van burgemeester en wethouders met „de commissie van bijstand in het beheer der openbare werken „Gelet op art. 13 der bouwverordening; „Besluit „dat de rooilijn aan de z. g. Loopschans, beginnende met het „perceel sectie B, no. 5339, tot aan een punt samenvallende „met de bestaande grenslijn, gelegen op 15 meter ten zuiden „van de grenslijn tusschen de perceelen, sectie B, no. 5522 en „no. 5702; van af een punt samenvallende met de bestaande „grenslijn, gelegen op 15 meter afstand ten noorden van de „grenslijn tusschen de perceelen sectie B, no. 5702 en no. 5701 „tot aan den weg sectie B, no. 4052van af den weg sectie B, „no. 4050 tot aan den weg sectie B, no. 4046van af den weg „sectie B, no. 4046 tot aan den weg sectie B, no. 4042, word1 „vastgesteld op 5 nieter achter de grenslijn tusschen de z.g.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1907 | | pagina 348