360 26 October 1907. tot de provinciale staten, dan steunt men toch een van de beide aanvragers. De voorzitter meent, dat het adres in algemeene be woordingen zou kunnen worden opgesteld. De heer BLOEMARTS wijst er nog op, dat er op dit oogen- blik geen andere aanvrage is. Als er andere verzoeken inko men, dan bestaat er geen bezwaar, om ook deze te steunen. Zonder verdere bedenking wordt alsnu besloten aan het verzoek van den heer Van Marle gevolg te geven. 22. Bezwaarschriften in zake den hoofdelijken omslag, dienst 1907. De voorzitter stelt voor, deze adressen in besloten zitting te behandelen. Waartoe besloten wordt. B. Verslagen. 1. Door den heer BLOEMARTS wordt, namens de bijzondere commissie voor de tramwegaangelegenheden, uitgebracht het volgend rapport Rapport der commissie uit den raad der gemeente Breda, belast om met de heeren jhr. Prisse c. s., aan wie onder nader vast te stellen voorwaarden concessie is verleend voor het exploiteeren der be staande paardentrams der Ginnekensche Tramweg maatschappij en der Tramweg-maatschappij Breda- Mastbosch, met electrische beweegkracht, omtrent die voorwaarden in overleg te treden. In de vergadering van uwen raad van 23 Maart 1907 werd het besluit genomen aan de heeren jhr. Prisse c. s., onder nader vast te stellen voorwaarden 1°. de aan de Ginnekensche Tramweg-maatschappij en de Tramweg-maatschappij Breda-Mastbosch verleende concessiën over te dragen 2°. die concessiën te verlengen 'met minstens nog dertig jaren 3°. te vergunnen de tractie door paarden, vóór den afloop dier concessiën, te vervangen door eene electrische.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1907 | | pagina 360