400
14 December 1907.
Volgnummer 79, art. 10.
„In twee afdeelingen wordt de wensch uitgesproken, dat er
„eene uniformkleeding vastgesteld wordt voor den inspecteur
„van politie, waardoor deze ambtenaar, in dienst zijnde, beter
„in het oog zou vallen.
„Eenige leden in ééne afdeeling refereeren zich omtrent dit
„punt aan het oordeel van den burgemeester als hoofd der
„politie.
„In ééne afdeeling worden klachten geuit over het slappe
„toezicht der politie bij straatschenderijen en dergelijke en
„meenen dit hierdoor onder de bijzondere aandacht van den
„burgemeester te mogen brengen."
Antwoord:
„Het aanschaffen van uniformkleeding voor den inspecteur
„van politie wordt geraamd op 300,—.
„De burgemeester acht het niet gewenscht dezen ambtenaar
„van uniformkleeding te voorzien.
„Op de straatschenderijen wordt steeds een nauwlettend
„toezicht gehouden en speciaal is alsnog den commissaris van
„politie opgedragen daartegen met kracht te doen waken."
De heer SASSEN vraagt, of het niet gewenscht is, meerdere
agenten in politiek te laten dienst doen, zooals in Amsterdam.
Dit werkt daar goed tegen straatschenderijen.
De voorzitter zal dit punt in overweging nemen, maar
dan moet men niet beginnen met den inspecteur in uniform
te steken. Van de hoofdagenten zijn er altijd 2 of 3, die in
politiek dienst doen. Het personeel der agenten is hier niet
uitgebreid. De heele stad wordt maar besurveilleerd door acht
agenten.
Wat de straatschenderijen betreft, meent spreker, dat deze
hier niet erger zijn dan op andere plaatsen. De hoofden van
scholen kunnen ook zeer veel tot het tegengaan daarvan mede
werken.
De post wordt hierop goedgekeurd.
De heer SASSEN vraagt inlichtingen met betrekking tot
volgnummer 70, waarbij de schrijfloonen met ƒ400,— zijn ver
hoogd en nu gebracht zijn op 850,—. Spreker noemt dit een