424 14 December 1907. Ik geef dan ook in de eerste plaats in overweging, de toe lichtende staten voortaan in te richten als in de begrootingen van Tilburg, Den Bosch e. a. In de begrooting 1908 van laatst genoemde plaats is het hoofdstuk „gasfabriek" in eene bijlage van 30 bladzijden duidelijk en uitvoerig toegelicht. De Brc- dasche toelichting bestaat uit 2 bladzijden onvolledige of niet thuis te brengen aanteekeningen en cijfers. Duidelijker dan ooit en volkomen mijne brochure bevesti gend, toont weer deze begrooting der gasfabriek aan, dat cene boekhouding gevoerd wordt: stelselloos, onpractisch, en wat 't ergste is, schadelijk voor onze gemeente-financiën. Het stel- sellooze en onpractische kan ik u o. a. uit deze begrooting met een paar punten, die wel reeds uwe aandacht zullen ge trokken hebben, duidelijk maken Op bladz. 7 komt de post voor: „Ontvangsten der gasfabriek over 1906," dus een volkomen afgesloten boekjaar, met ƒ250.384,13, terwijl in den toelichtenden staat memorie van toe lichting, waarnaar verwezen wordt, diezelfde post met 7248 507,43 (verschil ƒ1816,70) staat geboekt. Zoo zien we op bladz. 17 een anderen post: „Uitgaven der gasfabriek over 1906" in de begrooting met 180 500,795 en in den toelichtenden staat, memorie van toelichting, met 174 293,68"' geboekt (verschil ƒ6207,11). Er blijkt dus uit, dat over 1906 tweeërlei cindposten van inkomsten en uitgaven bestaan, zoodat de gemeente-rekening onmogelijk met het werkelijke financieele bedrijfsresultaat der gasfabriek kan kloppen, en al is zulks misschien daardoor te verklaren, dat door de gemeente, ten behoeve der gasfabriek in 1906, goederen betaald zijn, die op 31 December nog als voorraden in de fabriek aanwezig waren, toch mag dit belangrijke verschil in uitkomst niet voorkomen, omdat het verwarring geeft en de rekening over het betrokken boekjaar onzuiver maakt. Dit zou zich niet kunnen voordoen, wanneer de gasfabriek cene geheel op zich zelf staande commerciecle boekhouding had en, behoudens nadere indeeling, uitsluitend en alleen de winsten als verantwoord aan de gemeente in de begrooting voorkwamen. Het tweede punt, waaruit ook in deze begrooting het onprac tische der boekhouding blijkt, is de wonderlijke administratie van het muntgas. Komt op dezelfde stalen van vorige jaren en in het jaarverslag het muntgas voor, als naar den werke-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1907 | | pagina 424