16 Februari 1907.
45
den naam najaarsmarkt in dien van kermis te veranderen, daar
de raad heeft uitgemaakt, dat de kermissen niet meer behoo-
ren tot de zeden en behoeften van onzen tijd. Eene kermesse
d'été, zooals die door „Bonus Eventus" wordt georganiseerd,
schijnt echter geen bezwaar te ontmoeten.
De heer VAN MIERLO kan zich wel vereenigen met het
denkbeeld, om het woord najaarsmarkt te behouden. De ker
missen vinden hun oorsprong in het feest der kerkwijding,
welke hier ter stede samenvalt met Pinksteren. Daarom wil
spreker het woord najaarsmarkt behouden.
De heer REIGERSMAN is het eens met burgemeester en
wethouders. De geheele kwestie kwam indertijd hierop neer,
of men ééne, dan wel twee kermissen per jaar wilde hebben.
Daarom wil spreker den naam kermis in plaats van najaars
markt, al was het maar, om den minderen man in de gelegenheid
te laten kermis te wenschen. Het verwondert spreker, dat de
heer Jacoby die menschen hun fooien niet wil laten behouden.
De heer JACOBY beschouwt de zaak van een wettelijk stand
punt en wijst erop, dat jaarlijks van overheidswege het vragen
van kermisfooien door beambten, in dienst der gemeente, wordt
verboden.
De heer STAAL wijst erop, dat onmiddellijk na deNijmeeg-
sche kermis de Tielsche kermis komt. Dat is eene drukke
kermis en de meeste reizigers komen van Tielnaar Breda. Spreker
vraagt, of daarmede wel rekening is gehouden.
De voorzitter zegt, dat de vaststelling van het tijdstip
der kermis is geschied met goedvinden van de reizigers,
die gewoon zijn de Bredasche kermis te bezoeken.
Zonder verdere bedenking wordt daarna besloten
het voorstel van burgemeester en wethouders aan
te houden.
17. Nota van aanmerkingen, bij de gedeputeerde staten van
Noord-Brabant gevallen op de rekening dezer gemeente voor
het dienstjaar 1905, met ontwerp-antwoord van burgemeester
en wethouders.