460
14 December 1907.
Vóór stemden de heeren Teychiné, Verschraage, Ingen-
Housz, Meeuwesen, Smits, De Bont, Bloemarts, Scheltus,
Slechtriem, Staal, Van Keppel, Sassen, Lijdsman en
Reigersman.
Tegen was de heer Rombouts.
Volgnummer 218a, art. 31.
„In ééne afdeeling zijn alle leden van meening, dat deze post
„niet mag voorkomen, als zijnde een bedekte toeslag op de
„traktementen, doch gevonden moet worden uit verhoogde bij
dragen der ambtenaren.
„In dezelfde afdeeling werd bij de behandeling van dit hoofd-
„stuk door een der leden medegedeeld, dat door de vereeniging
„tot bescherming van dieren een asphyxiatietaestel aan de ge
beente zal aangeboden worden, als deze dat onder zekere
„voorwaarden gebruiken wil."
Antwoord:
„Met het oog op eene binnenkort te wachten wettelijke re-
„geling, waarbij de gemeente-ambtenaren als deelgerechtigden
„in het rijkspensioenfonds zullen worden opgenomen, komt het
„burgemeester en wethouders niet gewenscht voor, in de pen-
„sioenverordening thans eenige wijziging te brengen.
„In verband met de pensioenaanvragen van de heeren Blaeser,
„De Jongh en Van Kerkoerle, is het te verwachten, dat het
„thans geraamde bedrag niet toereikend zal zijn, om het te
„kort over 1908 te dekken. Burgemeester en wethouders geven
„derhalve in overweging dezen post te brengen op 4000,—.
De betrokken post, verhoogd overeenkomstig het
voorstel van burgemeester en wethouders, wordt hierop
goedgekeurd.
ONTVANGSTEN.
Volgnummer 5, art. 1.
„In twee afdeelingen wenschen alle leden wijziging der ver
ordening op de heffing van den hoofdelijken omslag naar eigen
„aangifte met behoud van correctie door het gemeentebestuur
„en den bewijslast van den belastingplichtige."
