462 14 December 19C7. De voorzitter antwoordt hierop, dat binnenkort in be handeling zal komen een adres van de Baroniesche tuinbouw- vereeniging over de oprichting van een veilingsgebouw voor tuinbouwproducten. In verband hiermede geeft spreker in overweging in deze eene afwachtende houding aan te nemen. Dienovereenkomstig wordt besloten, waarna de betrokken post wordt goedgekeurd. De heer SASSEN geeft in overweging om den post opbrengst van de gasfabriek met 5000,— te verhoogen. Er zijn al ver schillende posten geschrapt, waardoor de leeningssom kleiner wordt en ook hierdoor zou die som nog verminderd kunnen worden. De heer DE BONT wijst erop, dat in het algemeen rapport der afdeelingen hierop reeds de aandacht is gevestigd en meent, dat deze post met ƒ20 000,— behoort te worden verhoogd. Spreker ziet daarin volstrekt geen bezwaar. De heer SASSEN kan zich hiermede niet vereenigen. Spreker acht die som te hoog. Eene verhooging met 5000,— zou er mede door kunnen. De heer DE BONT betoogt, dat de winst voor 1908 is geraamd op 61 000,— en die voor 1907 op 68000,—. Als men nu nagaat, dat de werkelijke opbrengst nagenoeg 100000,— meer zal bedragen dan het vorig jaar, dan kan er best 20 000,— bij. De heer ROMBOUTS kan er zich niet mede vereenigen om rauwelings een post te verhoogen, die door burgemeester en wethouders en de gascommissie na nauwkeurig onderzoek is vastgesteld. Dat zou een greep in het duister zijn. De heer SASSEN ziet er geen bezwaar in, om den post met f 5000,— te verhoogen. De heer STAAL wenscht op dit voorstel niet in te gaan, en wel op de eerste plaats wegens de hooge steenkolenprijzen, die dit jaar zeker niet minder zullen zijn dan het vorig jaar, en op de tweede plaats, wijl de mogelijkheid bestaat, dat de cokesprijzen zullen verminderen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1907 | | pagina 462