21 December 1907.
483
van Mierlo, die op 1 Januari a. s. aan de beurt van af
treding was, en van het aan den heer E. H. A. Guljé, op diens
verzoek, verleend eervol ontslag.
Bij de eerste stemming worden uitgebracht op de heeren
IngenHousz 13, Verschraage 6, Van Keppel 3, Reigersman 2,
Sassen, De Bont, Smits, Staal en Rombouts ieder ééne
stem.
Zoodat in de plaats van den heer L. A. M. van
Mierlo is benoemd de heer mr. W. IngenHousz, en
zulks voor den gewonen tijd van zitting.
Bij de hierop gevolgde tweede stemming worden uitgebracht
14 stemmen op den heer Verschraage en 1 stem op den heer
Reigersman.
Zoodat de heer A. J. A. Verschraage is benoemd
tot lid der commissie voor het pensioenfonds van
gemeente-ambtenaren en hunne weduwen en weezen,
en zulks voor den tijd, daf de heer Guljé nog zitting
zoude gehad hebben.
33. Benoeming van twee leden in de commissie voor het
schcepvaartkanaal, tengevolge van het aan den heer E H. A.
Guljé, op diens verzoek, verleend eervol ontslag als lid dier
commissie, en het ophouden van raadslid te zijn door den heer
mr. M. P. M. van Dam.
Bij de eerste stemming worden uitgebracht óp de heeren
Van Keppel 7, Lijdsman 5, De Bont 5, IngenHousz 4,
Meeuwesen 3, Sassen 2, Van Lanschot 2, Slechtriem 1 en
Smits 1 stemmen.
Niemand de volstrekte meerderheid van stemmen verkregen
hebbende, wordt tot eene tweede vrije stemming overgegaan,
waarvan de uitslag is, dat worden uitgebracht op de heeren
De Bont 6, IngenHousz 6, Van Keppel 4, Lijdsman 3, Sas
sen 3, Van Lanschot 2, Meeuwesen 2, Smits 2, Heijlaerts
1 en Slechtriem 1 stemmen.
Nog geene volstrekte meerderheid van stemmen verkregen
zijnde, wordt overgegaan tot eene herstemming tusschen de
heeren DE Bont, Inoenhousz, Van Keppel, Lijdsman en
